Minister Hermans houdt zich nog op de vlakte over de toekomst van de OV-kaart. Zou hij dat niet doen, zo zei hij vorige week in de Kamer, dan beperkte hij zijn ruimte om te onderhandelen met de openbaar-vervoerbedrijven.
Vorige maand schreef Hermans de Kamer dat hij drie opties openhoudt. De eerste is de huidige week-weekendkaart, met de keus tussen gratis reizen in het weekend of door de week. De tweede optie is een kortingskaart, met bijvoorbeeld veertig procent reductie in de spits en 65 procent in de daluren. Ook afschaffing van de kaart sluit Hermans niet uit.
Vrijwel de gehele Tweede Kamer sprak zich vorige week al uit voor de eerste optie: behoud van de huidige kaart. Alleen de VVD, verklaard tegenstander van welke OV-studentenkaart dan ook, sloot zich niet aan bij die wens. VVD-woordvoerster B. de Vries wilde haar eigen minister 'niet voor de voeten lopen' in de onderhandelingen.
De nieuwe OV-kaart moet in januari 2003 ingevoerd worden. Dan loopt het oude contract met de openbaar-vervoerbedrijven af. Hermans hoeft niet te bezuinigen op de kaart. Dat betekent dat hij vanaf 2003 740 miljoen per jaar beschikbaar heeft.
