Medezeggenschap, de dillema's van 'gedeeld' of 'ongedeeld'

| Redactie

Begin 1997 voert Minister Ritzen de MUB in. Van medebestuurders worden studenten en medewerkers medezeggers: waar ze vroeger de begroting vaststelden en op alle fronten met het CvB meebeslisten, hebben ze tegenwoordig slechts advies- en instemmingsrecht. Op 1 mei 1997 koos het college van bestuur - tegen de zin van zo ongeveer iedereen op de UT - voor een gedeeld stelsel. Er kwam een centrale onde

Begin 1997 voert Minister Ritzen de MUB in. Van medebestuurders worden studenten en medewerkers medezeggers: waar ze vroeger de begroting vaststelden en op alle fronten met het CvB meebeslisten, hebben ze tegenwoordig slechts advies- en instemmingsrecht.

Op 1 mei 1997 koos het college van bestuur - tegen de zin van zo ongeveer iedereen op de UT - voor een gedeeld stelsel. Er kwam een centrale ondernemingsraad voor medewerkers, een centrale studentenraad voor studenten, die elkaar in bepaalde kwesties in een Centrale Gemeenschappelijke Vergadering (CGV) zouden vinden. Hoofdargument van het college om voor de gedeelde structuur te kiezen: wie met het verleden breekt moet het goed doen.

Maar in plaats van een frisse wind zorgde de gedeelde structuur voor een bulk nota's en notulen en drie keer zoveel vergaderingen als tijdens de U-raad. Bovendien probeerde studentenvakbond SRD via de landelijke geschillencommissie en de Almelose rechtbank het college van bestuur te dwingen van een gedeelde weer een ongedeeld structuur te maken. Alle juridische inspanningen bleven tot nu toe echter zonder resultaat.

Eind vorig jaar startte Winnie Sorgdrager de wettelijk voorgeschreven evaluatie van het medezeggenschapsstelsel. De voormalig minister van Justitie adviseerde dat het 'de moeite waard is' om voor een ongedeeld stelsel te kiezen. Dat zou het best passen bij de 'gemeenschapstraditie op de campus' en veel 'tijd, energie en bureaucratie' besparen.

Opmerkelijk genoeg nam alleen de CSR het advies van Sorgdrager over. De COR stemde - vlak voor de zomervakantie - met nipte meerderheid tegen een ongedeeld radenstelsel.

Daardoor ontstond een impasse. De CSR is unaniem voor een ongedeeld stelsel. De COR houdt onwrikbaar vast aan het van toepassing verklaren van de WOR, de Wet op de Ondernemingsraden. Wat alleen maar kan als er een gedeeld stelsel komt.

Aan het college van bestuur de moeilijke taak om een voor studenten en medewerkers aanvaardbare oplossing te vinden. Door voor een ongedeeld stelsel te kiezen, riskeert het CvB een conflict met de COR. Een gedeeld stelsel zou voor de CSR weer aanleiding kunnen zijn om naar de geschillencommissie te stappen.

Omdat het CvB, naar eigen zeggen, de relaties met beide partijen niet onder druk wil zetten kozen de heren voor een compromis: het OR-oc model. Dat gedeelde stelsel maakt toepassing van de WOR - de grootste wens van de COR - mogelijk. Terwijl de verkiezingen centraal én via een partijenstelsel gehouden kunnen worden. Iets waar de CSR nogal aan hecht.

Aanstaande dinsdag praat het CvB afzonderlijk met de COR en de CSR. Het is de bedoeling dat de partijen dan voor vijf jaar een stelsel kiezen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.