De Sportraad houdt donderdag 16 september een symposium met als onderwerp: 'Wie wint? Sport, commercie of media?' Een panel met daarin schaatstrainer Ab Krook, sportjournaliste Griselda Visser, scheidsrechter John Blankenstein, marketingman Henri van der Aat, topschaatser Rintje Ritsma, voetballer Yoeri Mulder en sportprofessor A.P. Hollander, zal op deze vraag ingaan.
De discussie is opgesplitst in vier deelonderwerpen. Eén: klimatologische omstandigheden. Moet er een dak boven een hal (Thialf, Arena)? Moet luchtdruk verlaagd worden zoals normaal is op grote hoogten? Een voordeel zijn snellere tijden, weinig afgelastingen. Nadeel is het verdwijnen van nostalgie, de onmogelijkheid om helden uit het verleden te vergelijken met helden van nu.
Twee: moderne communicatiemethoden. Wanneer vroeger de coach moest schreeuwen naar zijn pupillen wordt nu gebruik gemaakt van mobiele telefoons e.d. (wielrennen)? Waarom gebruiken schaatsers nog geen zendertjes? Bij het beoordelen van overtredingen staan scheidsrechters in het voetbal tegenwoordig in contact met een official aan de kant. Moet de scheidsrechter kunnen beschikken over bijvoorbeeld televisiebeelden tijdens een wedstrijd?
Drie: nieuwe technieken nemen een vlucht bij het vervaardigen van sportmateriaal. Snellere pakken, hardere banen, speciale fietsen etc. Deze aanhoudende verandering van materiaal brengt natuurlijk ook gevolgen met zich mee. Zo is er sprake van concurrentievervalsing als niet iedere sporter over de nieuwe technieken kan beschikken.
Vier: regels. Bij volleybal bestaat tegenwoordig het rallypointsysteem, bij voetbal kan buitenspel met videobeelden worden bepaald. Bij tennis wil men het servicevak verkleinen. Bij hockey is buitenspelval afgeschaft. Allemaal aanpassingen om de sport aantrekkelijker te maken. Moet je sporten die al meer dan 100 jaar bestaan aanpassen, of moet je de spelregels intact houden?
Griselda Visser, die het symposium zal leiden.