Hermans breekt met het beleid van de afgelopen jaren. Al vanaf de jaren tachtig krijgt het hoger onderwijs een vast bedrag, onafhankelijk van de studentenaantallen. Omdat die aantallen stegen, hadden hogescholen en universiteiten per student steeds minder te besteden.
Een groot deel van het extra geld dat Hermans nu voor het hoger onderwijs uittrekt, gaat waarschijnlijk naar het hbo. Daar groeit het aantal studenten het hardst. De HBO-raad spreekt dan ook van 'een belangrijke stap in de goede richting'. Ook de vereniging van universiteiten VSNU vindt Hermans' besluit 'een zeer welkome en terechte trendbreuk in het beleid'.
De investeringen in het hoger onderwijs staan los van de grote bezuinigingen uit het regeerakkoord van Paars II. Die gaan gewoon door, en dat betekent dat de universiteiten 300 en de hogescholen 170 miljoen moeten inleveren.
Eerder al was bekend geworden dat de hogescholen dit jaar wel vijftig miljoen extra krijgen van Hermans om die bezuiniging te verzachten. Die eenmalige bijdrage moet de hogescholen in staat stellen nieuwe activiteiten op te zetten waarmee ze zelf geld verdienen.