Insiders hebben het zien aankomen. De Twente Vier was in februari op trainingskamp in Sevilla, en deed op uitnodiging van de wereldbond mee aan de FISA Teamcup aldaar. Het betrof een sprintwedstrijd over 1000 meter met een bijzonder sterk bezet deelnemersveld. De Deense vier, wereld- en olympisch kampioen, zou starten, de Britse zware vier met levende legende Redgrave aan boord eveneens. De jongens van coach Jonkman gingen de uitdaging aan, eindigden prompt als tweede - vóór de Denen, net achter de Engelsen.
Een half jaar eerder werd zo'n uitslag nog voor onmogelijk gehouden. Toen eindigden Joris Trooster, Simon Kolkman, Jeroen Spaans en slagman Robert van der Vooren nog als tiende op het WK in Keulen, waar Denemarken lachend wereldkampioen werd. Die tijden zijn voorbij, zo lijkt het.
Op nationaal niveau steekt de formatie uit oosten in ieder geval met kop en schouders boven de concurrentie uit. Dat bleek tijdens de Randstadregatta van afgelopen weekend, die de Commissie Toproeien had bestempeld als selectiewedstrijd. De boot van Jonkman liet alle concurrenten op grote achterstand, en plaatste zich als enige lichte vier voor de World Cup in Hazewinkel eind mei.
Minder goede watchers reageerden verrast op de Twentse hegemonie, waarschijnlijk omdat de Enschedese roeiers zich dit seizoen niet eerder in wedstrijdverband lieten zien. Robert van der Vooren: 'we hebben ons de afgelopen maanden volledig gericht op de Randstadregatta. Daar moesten we winnen. Dus hebben we Head of the River, de Varsity, en de Heineken Roeivierkamp links laten liggen.'
Als de Twentse roeiers in Hazewinkel bij de eerste zeven eindigen, mogen ze in augustus naar het WK in Canada. Een goede klassering daar kan een olympische status veilig stellen.
