Joris Keizer en de zwembaden van de wereld

| Redactie

De UT is een potentieel olympisch kampioen rijker. TN-student Joris Keizer werd vorige week derde op de vijftig meter vlinderslag bij het WK-zwemmen in Hongkong. Dat belooft wat, want de Denekamper is pas twintig jaar oud. Verover de wereld vanuit Denekamp. Jarenlang speelde het leven van Joris Keizer zich af tussen het huis van zijn ouders en het zwembad zevenhonderdvijftig meter verderop. Vier k

De UT is een potentieel olympisch kampioen rijker. TN-student Joris Keizer werd vorige week derde op de vijftig meter vlinderslag bij het WK-zwemmen in Hongkong. Dat belooft wat, want de Denekamper is pas twintig jaar oud.

Verover de wereld vanuit Denekamp. Jarenlang speelde het leven van Joris Keizer zich af tussen het huis van zijn ouders en het zwembad zevenhonderdvijftig meter verderop. Vier keer, vijf keer, zes keer - soms wel negen keer per week trok hij er zijn baantjes bij zwemclub Arke de Dinkel. Lekker en soms ook gezellig, maar hij moest er wel wat voor over hebben.

Dat moet Keizer nog steeds. En meestal gebeurt dat gewoon in het vertrouwde Denekampse 25-meterbad - meters maken, keren, meters maken, keren, meters maken. Maar er is iets veranderd. Tegenwoordig bereist Keizer voor trainingsstages en toernooien zes, zeven keer per jaar de globe. Brazilië, Australië, Amerika, Mexico, Hongkong, het is maar een greep. Je komt nog eens ergens met je sport.

Hoewel, dat klinkt wat al te eenvoudig. Tussen Denekamp en de zwembaden van de wereld gaapt een gat dat alleen gedicht kan worden met werklust en een enorme hoeveelheid talent. De zwemmer lacht schaapachtig als zijn aanleg ter sprake komt - wat moet-ie er van zeggen? Hij traint best hard ja, en derde op een wereldkampioenschap word je niet zomaar nee.

Hij staat er een beetje verloren bij, Joris Keizer. Zijn handdruk is verrassend slapjes, en voor een zwemmer past hij wel erg makkelijk door de deur. In een linnen tasje zitten wat collegedictaten. Niets wijst erop dat deze knaap zo ongelooflijk hard kan zwemmen. Voor ons staat een doodgewone tweedejaars TN-student.

Toch stond diezelfde Joris Keizer twee weken geleden in Hongkong in de finale van de vijftig meter vlinder. De benjamin van het veld startte nota bene in baan vier, de plek voor de snelste zwemmer uit de halve finales. Hij reikte naar het brons, in een race die hij 'verre van perfect' noemt. De Brit Foster won, maar zal met een schuin oog naar blok vier hebben gekeken. Keizer kan wel eens de man voor de toekomst zijn.

Bij de zwembond begint die hoop langzaam te leven. Bondscoördinator Ad Roskam verwacht inmiddels het een en ander van de vlinderspecialist. 'Joris doet wat betreft talent weinig onder voor Marcel Wouda en Pieter van den Hoogenband. Ook hij beschikt over eigenschappen die iemand naar de top kunnen brengen. Maar het zijn drie verschillende types.'

'Pieter bijvoorbeeld heeft wat wij noemen 'watergevoel', een aangeboren gracieusheid waarmee hij door het water glijdt. Hij zwemt met weinig weerstand, heeft een heel hoog rendement. Wouda's voordeel is z'n lengte, hij heeft een ideaal zwemlijf, maar belangrijker: Marcel is zeer gedisciplineerd. Hij kan zichzelf afbeulen zonder dat er een trainer op de kant staat.'

En Joris Keizer? Volgens Roskam is de jonge Denekamper mentaal bijzonder sterk. 'Dat bleek ook weer in Hongkong. Joris was nauwelijks gespannen, vond het leuk om in de snelste baan te mogen starten. Zelfs op zo'n startblok blijft hij het zwemmen zien als een spelletje. Hij laat de wereld niet vergaan als hij verliest.'

'Relativeren is zijn manier om met druk om te gaan. Zwemmers die dat niet kunnen, paniekeren zodra er iets tegen zit, tijdens de wedstrijd bijvoorbeeld. Joris kan na een trage start of een slecht keerpunt zichzelf herpakken en terugkomen in de race. Zijn prestatielijn is daardoor opvallend constant. Sinds het Europees jeugdkampioenschap van 1997 (waar Keizer de100 meter vlinder won - red.) zwemt hij zich steevast in finales.'

Die nuchterheid kenmerkt de twintigjarige student. Sport is betrekkelijk, vindt hij. Keizer is een van de weinigen in de nationale selectie die naast het zwemmen serieus studeert. 'Dit is niet voor altijd', weet hij. 'Dat zou ik ook niet willen. Tot 2005 zwem ik, dan is het mooi geweest. Erna begint een ander leven. En daar probeer ik me alvast op voor te bereiden.' Met Technische Natuurkunde, nou niet direct de makkelijkste studie. 'Ach', zegt Keizer zoals hij tja zei toen het over zijn talent ging.

De zwemmer heeft zijn propedeuse al op zak, plus tien punten van het tweede jaar. Hij loopt dus bijna nominaal, maar het wordt steeds drukker, merkt hij. 'Of ik dit studietempo kan volhouden, weet ik niet. De Spelen komen eraan, hè.' Veel trainingskampen dus, maar daar heeft hij juist tijd om te studeren - tussen de bedrijven door, als collega's videofilms kijken of niets doen.

Maar leven om baantjes te trekken, dat kan hij niet. Keizer: 'Er is meer, en bovendien: zo leuk is zwemmen nou ook weer niet. Ik kan wel interessantere sporten verzinnen. Maar dit gaat me nu eenmaal goed af, het is leuk om op topniveau te resteren.' En de rek lijkt er nog lang niet uit. 'Zo'n race als van twee weken geleden kan nog zoveel beter', zegt hij. 'Ik dook als laatste het water in, keerde beroerd, en begon veel te snel met uitdrijven.'

Sydney 2000 - wat kunnen we van Joris Keizer verwachten? Het antwoord lijkt gegeven.

(foto Arjen Reef)

Joris Keizer

Peter Buwalda

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.