Zekerheid is belangrijk. Zekerheid over het aantal maanden afstudeersteun dat je voor je gewaardeerde werkzaamheden binnen een studentenorganisatie krijgt. Zekerheid over wat je als bestuur wel en niet aan je opvolgers en aan commissieleden kan beloven.
Aan het einde van dit collegejaar zal een nieuwe regeling worden geïntroduceerd op basis waarvan studenten afstudeersteun voor hun nevenactivisme kunnen krijgen. Dat gegeven geeft nu al onzekerheid over het aantal afstudeermaanden voor lopende en toekomstige werkzaamheden.
UReka vraagt het college van bestuur daarom met klem om nu, in ieder geval tot het moment dat er een nieuwe regeling is, zekerheid te scheppen. Die zekerheid kan in ieder geval worden bevorderd middels de volgende drie stappen:
Ten eerste: Laat de nieuwe regeling pas drie maanden nadat ze is gepubliceerd van kracht worden. Dat geeft enige ruimte aan studentenorganisaties en studenten individueel om rekening te houden met de gevolgen.
Ten tweede: Behandel alle aanvragen voor afstudeersteun die op dit collegejaar betrekking hebben onder de momenteel geldende regeling. Ook al worden ze ingediend nadat de nieuwe regeling van kracht is geworden.
Ten derde: Neem tijdschrijfprocedures die voor 1 juli 2001 gestart zijn in behandeling. Dat is immers toegezegd aan die studentenorganisaties voor wie dit van belang is.
Deze afspraken geven ons inziens een minimum aan zekerheid welke het college van bestuur verschuldigd is aan studenten en studentenorganisaties. Als ze activisme zo serieus neemt als ze vaker aangeeft, dan tekent ze per direct voor deze afspraken.
Voor hen die het mogelijk gemist hebben: het College van Bestuur heeft na overleg met studenten en beleidsmedewerkers een 'overgangsregeling voor afstudeersteun' voorgesteld. Deze regeling bevat een aantal sterke voordelen en een aantal sterke nadelen. De studentenorganisaties hebben aangegeven een situatie zonder overgangsregeling als onwenselijk te zien en dan ook verheugd te zijn over het feit dat naar een oplossing gezocht is.
Vorige week was in deze krant echter reeds te lezen, dat de nadelen van de voorgestelde overgangsregeling naar unaniem oordeel van de studentenorganisaties veel te zwaar wegen. Gehoord dit oordeel en de argumentatie daarachter heeft de Universiteitsraad besloten om niet in stemmen met de voorgestelde overgangsregeling. Maar aan gratis nee zeggen doen we niet. Bij deze daarom bovenstaand alternatief van de kant van UReka.
Wij zijn benieuwd!
Namens UReka, Björn Prevaas, voorzitter