(zie ook elders in het UT-nieuws)
Waar men polariseert, mag schematisch gedacht worden. Het college van bestuur wil vernieuwing, de decanen lijken te zweren bij het aloude. Zo lijken de verhoudingen ook binnen de U-Raad te liggen. De jonge honden van Ureka willen vernieuwing, werkvloerpartij KPS zweert bij het aloude. Dat is te simpel, roepen Geerten Schrama en Björn Prevaas in koor. Hé, ze zijn het zomaar eens.
Maar Björn, Ureka is toch een echte CvB-club? Een tijdje geleden zou een URekadelegatie naar de decanen zijn gestapt om begrip te kweken voor Hartslag en Berenschot.
Prevaas : 'Dat is onzin. Een delegatie? Voor zover ik weet is er nooit iets dergelijks gebeurd. Kijk, dit is niet ons conflict. We kunnen er alleen onze ideeën over aandragen. Maar we zijn natuurlijk geen partij.'
Maar jullie staan toch wel ergens? De KPS steunt de decanen, zoveel is duidelijk.
Schrama: 'Hoho, wacht even, het mag iets genuanceerder. Maar het is waar dat de KPS inhoudelijk dichter bij de decanen staat dan bij het CvB.'
Prevaas : 'Natuurlijk staan wij ergens. Maar veel belangrijker vind ik dat dit gedoe de hele universiteit schaadt. De regionale pers schrijft erover, de processen liggen stil. Dat is gewoon niet goed. Ik denk dat veel te maken heeft met het communiceren van het college en niet eens zozeer met de ideeën.'
Schrama : 'Wat de bezuinigingen betreft: natuurlijk kan de organisatie van de UT efficiënter. Het college wil vooral snijden in het obp. Wij denken dat je het ook bij het onderwijs moet zoeken. Dat is veels te versnipperd. We hebben veertig minors voor nog geen achthonderd studenten! Over efficiëntie gesproken. Daar is destijds nauwelijks op gelet. De faculteiten kregen bijvoorbeeld 18 duizend gulden per ontwikkeld minorstudiepunt. Vind je het gek dat er wildgroei is ontstaan.'
Prevaas : 'Als blijkt dat in de primaire processen een efficiëntieslag kan worden gemaakt, moet de UT dat niet laten.'
Zijn jullie het alweer eens. Wat boterde er nou niet tussen jullie?
Prevaas: 'Het is geen kwestie van boteren. Het gaat om een verschil in grondhouding in de medezeggenschapsraad. Ureka heeft een welwillende, positieve grondhouding ten opzichte van het college van bestuur en de beleidmakers. Wij hebben de neiging te vertrouwen op hun competentie. De grondhouding van de KPS is eerder andersom. Die stralen meer wantrouwen uit.'
Of scepsis. Dat is toch de opdracht?
Prevaas: 'Weet ik niet. Sinds de invoering van de MUB (wet Modernisering Universitair Bestuur, red.) is er veel veranderd. We zijn medezeggers, wehebben formeel minder in de melk te brokkelen. Dus moet je informele paden bewandelen. Ik zie de U-raad meer als een adviesorgaan. Praten, overleggen.
Schrama: 'Dat informele circuit is zeer belangrijk, ben ik het mee eens. Na de invoering van de MUB hebben we de medezeggenschap van de grond af moeten opbouwen. Maar als je invloed wilt hebben, moet je soms op je strepen gaan staan en afspraken formeel vastleggen. Als het allemaal even wat minder gezellig wordt, moet je kunnen terugvallen op gemaakte afspraken.
Zo hebben we onlangs bereikt dat onderzoekers in de speerpuntinstituten formele inspraak gaan krijgen. Formeel is dit een zaak voor de U-raad, maar we hebben nu de mogelijkheid om het te delegeren aan de onderzoekers zelf, in een soort instituutsraden. Daar moet je als gemeenschap zelf voor zorgen.'
Prevaas: 'Hulde voor je inspanningen. Maar normaal jullie vlassen altijd zo op details.'
Schrama: 'Soms zijn details belangrijk. Wat jij vlassen noemt, noem ik de vinger op de zere plek leggen.'
De KPS wil over alles meepraten, Ureka richt zich selectief op hoofdlijnen? Prevaas: 'Je moet wel selectief zijn. Over zaken waarvan we geen kaas gegeten hebben, praten we niet mee. Daar heeft niemand wat aan.'
Schrama: 'Voor een studentenfractie is het moeilijker om overal goed in te zitten. Wij hebben drie man in de fractie die al vier seizoenen meedraaien. We hebben veel kennis opgebouwd. Wij dringen makkelijker snel tot de essentie van een zaak door.'
Hoe zit het met het voorzitterschap van de Raad. KPS zweert bij Dick Meijer. Ureka wil iemand van buitenaf.
Schrama: 'Hoewel we zeer content zijn met de persoon van Dick Meijer, gaat het ons in deze discussie om de functie zelf. Die hoort te worden bekleed door een U-raadslid. Een voorzitter heeft heel veel invloed, dat is nu eenmaal zo. Hij bepaalt de agendasetting, wanneer wat behandeld wordt, en heeft het meest frequent contact met het college. Zo iemand moet een gekozen persoon uit de UT-gemeenschap zijn.'
Prevaas: 'Juist niet. Onafhankelijkheid. Als een gekozen iemand die zijn stem al in de raad mag laten klinken, ook nog eens de voorzittershamer krijgt, heeft hij dubbele macht. Da's teveel van het goede. Ureka wil een onafhankelijke voorzitter.'
Terwijl Ureka getalsmatig eigenlijk de voorzitter zou moeten leveren. Jullie hebben zeven zetels. De KPS maar vier!
Prevaas: 'Klopt.'
Schrama: 'En toch willen jullie iemand van buitenaf?'
Prevaas : 'Yep.'