Nog even je e-mail checken voordat het congres begint. `Wireless access?' vraagt iemand in het voorbijgaan. Inderdaad, als dat bij een ICT-congres al niet voorhanden is, waar dan wel? Veel later op de dag blijkt degene die de vraag stelt, niet zomaar iemand te zijn. Het is Victor Hayes, de `godfather' van WiFi, de standaard die het mogelijk maakt om deze ochtend nog even draadloos verbinding te leggen met internet. De rol van Nederland in deze standaard -en bijvoorbeeld ook in Bluetooth- is prominent geweest, blijkt tijdens zijn voordracht. En dat is ook wat wetenschappelijk directeur Peter Apers (tevens directeur van UT-instituut CTIT)met NIRICT beoogt: de Nederlandse ICT-onderzoeksagenda bepalen.
`Gewicht in de schaal leggen', beschouwt minister Ronald Plasterk (OCW) als de taak van NIRICT. Met het instituut heb je meteen ongeveer de helft van al het Nederlandse ICT-onderzoek te pakken, en daarmee heb je een stem van formaat. Een goed initiatief dus, aldus de minister, want op deze manier kan NIRICT meedraaien in grote EU-projecten en de concurrentie aangaan met gezaghebbende instituten buiten Nederland. Wel waarschuwt hij voor de versnippering van het ICT-onderzoek en de noodzaak om nog meer tot de top te gaan behoren. Toezeggingen heeft hij niet bij zich, in zijn eerste honderd dagen als minister: `Nu denkt u waarschijnlijk; aha, kassa! Maar daar wil ik het niet over hebben.' Wel spoort hij het nieuwe instituut aan de schaarse middelen in competitie te verdelen en zo terecht te laten komen bij de beste mensen. Meteen ook inzetten op het stichten van bedrijven ziet hij niet als belangrijkste ambitie: `Als je tot de top behoort, komt dat vanzelf.' De start van NIRICT, met 1200 onderzoekers in 70 leerstoelen, ziet hij daarin als een goede eerste stap. In zijn gesprekken met de 60 promovendi die hun werk met posters en demo's laten zien, heeft de minister en passant ook nog wat ideeën meegenomen voor toepassingen van ICT in zijn oude vak, de biologie: de wetenschapper kan het even niet laten.
Schaars zijn die middelen wel, vindt Paul 't Hoen van het orgaan ICTRegie dat is ingesteld door EZ en OCW: `75 miljoen is natuurlijk veel te weinig.' Hij betoogt dat het wat `modderen' blijft in Nederland en hij bedoelt dat eigenlijk nog positief ook: samen met de voeten in de klei.
Emile Aarts, vicepresident van Philips Research gooit het over een heel andere boeg. Niks modderen of polderen, excelleren! `Om met een Formule 1 coureur uit het verleden te spreken: als je alles onder controle hebt, rijd je niet hard genoeg!' Volgens Aarts doet Nederland het niet goed op het middenveld: `Met starters en grote multinationals doen we het helemaal niet slecht. Maar we slagen er niet in om middelgrote ondernemingen te stichten.' De Philips-topman ziet in NIRICT een bron voor talent en voor Philips een attractieve partner in open innovatie. Tussen de regels door nodigt hij Peter Apers uit om maar naar de High Tech Campus in Eindhoven te komen met zijn instituut. Of lokt het nieuwe Kennispark Twente toch meer? De onderzoekers zijn in elk geval aan alledrie de universiteiten te vinden.
NIRICT wil om te beginnen hoog inzetten op de betrouwbaarheid van ICT-systemen. Dat je een dvd-speler soms uit en weer aan moet zetten om `m correct te laten werken, vindt directeur Peter Apers al beschamend, om het nog maar niet te hebben over fouten in complexe systemen in de luchtvaart of in andere technologische hoogstandjes zoals stormvloedkeringen.
Voor het onderzoek naar betrouwbare ICT-systemen is het 3TU.Centre for Dependable ICT-Systems (CeDICT) opgericht; één van de zes centres of excellence die met 50 miljoen stimuleringsgeld tot stand komen. `Dependable' betekent, kort gezegd, dat het ICT-systeem doet wat je ervan verwacht: je kunt erop bouwen. Dit terwijl de omstandigheden soms verre van ideaal zijn: zo zitten er haken en ogen aan de wireless communicatie waarmee steeds meer systemen werken. ICT-systemen zijn steeds vaker gedistribueerd -verdeeld over veel computers en netwerken- en worden daarmee erg complex. En dan is er nóg een factor die de betrouwbaarheid niet altijd ten goede komt: de mens.
Tegelijk zijn de belangen soms immens, schetst UT-hoogleraar Boudewijn Haverkort, één van de trekkers van het Centre: `Als de website voor het autoriseren van creditcardbetalingen `down' gaat, kost dat 2,6 miljoen dollar per uur. Systemen ontwikkelen die wèl `dependable' zijn, betekent niet dat het roer radicaal om moet, of dat we heel andere eisen willen stellen aan de gebruikers. Het begint met het accepteren van de werkelijkheid. Maar dat vraagt wel om goede technieken om foutkansen te voorspellen en te kwantificeren, om fouten te kunnen voorkomen of een zekere foutkans voor lief te nemen.'
Werk aan de winkel dus. De werving voor de zes nieuwe hoogleraren is in volle gang.
| Minister Plasterk noemt `gewicht in de schaal leggen', als belangrijkste taak van NIRICT. Midden: directeur Peter Apers. |