Jochem Boersma kan zich goed vinden in deze woorden. ‘Mijn studie en geloof zijn ook niet te scheiden. Geloven zit in alles wat ik doe en hoe ik dat doe. Haal ik een goed cijfer, dan dank ik God daarvoor. Dat doe ik ook wanneer ik een nieuw wiskundig inzicht krijg, je weet wel zo’n eurekamoment. Dan merk ik hoe diep het geloof verweven is in mijn leven.’
Waginge vindt deze combinatie wel eens lastig. ‘Als studenten worden we klaargestoomd voor een 50-urige werkweek met een goed salaris. Volgens mijn overtuiging is er meer dan materialisme. Ik vraag me af in hoeverre ik mee kan gaan in die economische orde en hoe ik een alternatief vind. Die krijgen we namelijk nauwelijks voorgeschoteld. Tijdens de lezing dacht ik nog schertsend aan Donner te vragen hoe hij, met zo’n topbaan, tijd voor zijn gezin vindt, dé hoeksteen van de samenleving volgens christenen. Maar ja, zijn kinderen zijn de deur al uit, dus voor hem geldt een ander verhaal.’ De civiele techniekstudent ziet het ‘m nog niet na doen, zo’n drukke baan. ‘Nee, liever niet. Ik wil meer tijd hebben voor familie en vrienden. Daar ga ik mijn best voor doen en ik weet dat het kan.’
Ook Boersma heeft wat van Donner’s woorden opgestoken, zegt hij. ‘Zijn verhaallijn kun je doortrekken. Als politiek en geloof samengaan, dan geldt hetzelfde voor de wetenschap. Christenen krijgen wel eens te horen dat je té gekleurd bent voor de wetenschap. Denk aan het debat intelligent design versus de oerknal. Maar ik weet zeker, misschien klink het arrogant, dat het me wel lukt objectief onderzoek te doen. De mens kan vanuit ratio, gevoel, gezag of geloof naar de wereld kijken. Onderzoek doe je puur rationeel.’
Volgens Boersma gaf de minister een goed voorbeeld. ‘Donner is zich ervan bewust dat hij zijn persoonlijke overtuiging niet politiek kan verantwoorden. Als de meerderheid het niet met hem eens is, moet hij inbinden. Donner benadrukte: anders moet je geen politicus worden.
Hetzelfde geldt voor een militair. Heb je gewetensbezwaren tegen schieten, ga dan niet het leger in.’
Voor Waginge werkten de woorden van Donner als een eye-opener. ‘De minister verwoordde heel mooi waarom hij wél voor scheiding van kerk en staat is. Enkele statements: overheden gaan niet naar de hemel en als een land een pure christelijke regering heeft, komt het land evenmin in de hemel. Of deze: naastenliefde en barmhartigheid moeten uit de mensen zelf komen. Dat kun je niet met wetten en regels afdwingen. Nog eentje: de bijbel is een handboek voor het leven van de mens en niet voor het vak als politicus.’ Waginge is het redelijk met Donner eens. ‘Ik ben zelf lid van het CDA en Donner is één van mijn favoriete politici. Ik zou zijn boodschap lang niet zo mooi kunnen verwoorden.’