John Winter (39) is één van die vier personeelsadviseurs die `rouleert'. Hij verhuisde drie weken geleden van de faculteit MB naar de Spiegel en deels naar het Paviljoen. Winter was P&O-adviseur van MB en is dat nu, voor vijftig procent, ook voor het Facilitair Bedrijf. Voor de andere helft is hij beleidsmedewerker HRM. In die functie houdt hij zich ook bezig met functieroulatie. Over zijn eigen move: `In 2001 kwam ik op de UT te werken, bij de faculteit MB. Na zes jaar wilde ik wel eens wat anders', vertelt Winter. `Dus kaartte ik dat aan bij Arjan Brunger, directeur PA&O. Toevallig paste mijn wens prima in de herstructuring van onze dienst en de gedachte om te starten met functieroulatie.'
Functieroulatie is op vrijwillige basis, benadrukt Winter. `En niet bedoeld om bepaalde problemen op de huidige werkplek op te lossen. Functieroulatie dient om de mobiliteit binnen de UT te vergroten. We willen voorkomen dat mensen te lang op dezelfde plek zitten. Het moet gewoon leuk zijn om ook eens ergens anders te willen kijken.'
Over zijn eigen beweegredenen: `Ik had hele leuke collega's bij MB, maar na zes jaar merk je toch dat bepaalde werkzaamheden een beetje routine worden. Nu kijk ik op een frisse, andere manier weer naar mijn werkzaamheden. En vanuit mijn omgeving hoor ik ook weer nieuwe geluiden. Het wereldje wordt weer wat breder, zeg maar. En dat is leuk en leerzaam.'
Lidwien van Wijck-Ottink (61) is sinds 1997 als personeelsadviseur op de UT werkzaam. De eerste paar jaar was dat bij de opleiding bestuurskunde, vanaf 2003 bij het Facilitair Bedrijf en de faculteit CTW. `Het was mijn eigen wens om weer eens een overstap te maken', zegt ze. `Als personeelsadviseur vind ik dat je betrokken hoort te zijn bij het werk van de afdelingen, maar ook een bepaalde afstand moet bewaren om je eigen werk goed te kunnen doen. Na een aantal jaren op dezelfde plek moet je daar steeds meer voor waken. Het wordt er namelijk niet gemakkelijker op om bepaalde beslissingen te nemen als je de mensen heel goed kent.' Van Wijck is sinds 15 oktober personeelsadviseur van de concerndirecties PA&O, FEZ, Strategie & Communicatie en de Eenheid Secretaris. `Het werk is voor mij inhoudelijk hetzelfde gebleven.' Dat veel andere medewerkers juist huiverig zijn voor een `overplaatsing', weet ze vanuit haar functie maar al te goed. In 2006 gingen er 28 mensen naar een andere eenheid, dat is slechts 1,1 % van het totale personeelsbestand. `Met als gevolg dat er op de UT al lange tijd sprake is van een eilandjescultuur. Dat is niet alleen maar negatief. Zo'n eilandjescultuur heeft vaak hele betrokken medewerkers. Het gaat pas verkeerd als medewerkers hun ogen sluiten voor wat er nog meer gebeurt op de UT en de uniforme spelregels negeren. Zaken die op een andere plek anders georganiseerd worden, zijn niet per definitie slechter.'
Winter wil de komende maanden inventariseren hoeveel belangstelling er onder OBP-personeel is voor functieroulatie. Bij voldoende respons zal dan worden bekeken wie van functie kan wisselen. Het streven is om het komende jaar het aantal roulerende medewerkers, ten opzichte van 2006, met 15 te verhogen. `Uiteindelijk willen we naar een situatie waarbij het binnen de UT gebruikelijk is dat je om de vijf a zes jaar van plek wisselt. Voor de ontwikkeling van de medewerker is dat positief. Een andere omgeving of functie vraagt andere vaardigheden, je leert over de grenzen heen kijken. Dat heeft ook weer positieve invloed op de organisatie in zijn geheel', aldus Winter. Voor leidinggevenden is daarin een belangrijke rol weggelegd, volgens hem. `Zij zijn degene die functieroulatie moeten stimuleren en er bovendien niet bang voor moeten zijn de toppers binnen hun dienst kwijt te raken.'
Eind jaren negentig werd een overstap naar een andere dienst of eenheid nog financieel beloond. In de nieuwe functieroulatie is dat niet aan de orde. Van Wijck: `Ik was daar destijds heel verbaasd over. Medewerkers kregen een bonus als zij tijdelijk ergens anders aan de slag gingen, nota bene met garantie van het behoud van de oude werkplek. Velen keerden dan ook na een half jaar weer terug.' Winter: `Het rouleren van functies moet eigenlijk heel normaal zijn, en daar gaan we dan ook heel normaal mee om. Een prikkel of beloning in de vorm van opleiding of cursus ligt meer voor de hand.'
In deze eerste fase van het project functieroulatie wil PA&O zich zoveel mogelijk richten op het stimuleren van roulatie. In eerste instantie gaat het in de komende periode vooral om functies op financieel en administratief terrein. Daarna komen ook andere functies aan bod.
![]() |
(Illustratie: Bas van der Schot) |
Winter:`Een collega zei schertsend: rouleren is net logeren. Na een week wil je weer naar huis. Dat gevoel bekroop mij ook even - ik had echt hele leuke collega's bij MB - maar dat ging weer snel voorbij. Ik vind het nu vooral leuk en spannend en een grote uitdaging. Ik zit hier volgens mij wel op mijn plek.'
Van Wijck: `Nee, ik zie dit niet als een uitdaging. Meer als een kans om nieuwe mensen en nieuwe afdelingen te leren kennen. Een leuke prikkel, dat wel. Ik ben nu 61 en hoop nog een paar jaar, tot aan mijn pensioen, met veel plezier verder te werken. In dezelfde functie, maar toch anders.'