Het college van bestuur van de UT besloot daarop enkele eigen gehanteerde opleidingsnamen (`handelsnamen') te schrappen. Vanaf nu worden dus alleen de formele namen gebruikt zoals die in het zogenaamde CROHO-register staan vermeld.
De volgende UT-bacheloropleidingen zijn gewijzigd: bedrijfskunde in bedrijfswetenschappen, business and IT in bedrijfsinformatietechnologie, chemische technologie in scheikundige technologie, educational design, management and media in onderwijskunde, european studies in bestuurskunde - opleidingsvariant european studies, toegepaste communicatiewetenschap in communicatiewetenschap en toegepaste wiskunde in technische wiskunde.
`Ik ben er helemaal niet blij mee', reageert Stephan van Gils, opleidingsdirecteur technische wiskunde. `Naar mijn idee betekent toegepaste wiskunde toch echt iets anders dan technische wiskunde. Dat technische associeer ik met de wiskunde die je krijgt bij werktuigbouwkunde of civiele techniek. Toegepaste wiskunde, dat gaat over modelleren. Bovendien, met `toegepast' hebben wij altijd onze opleiding weten te verkopen.' Qua aanpassingen denkt Van Gils dat vooral aan de website moet worden gesleuteld. `En het voorlichtingsmateriaal, ja. Maar daar gaat de afdeling communicatie over.'
Ben Betlem is opleidingsdirecteur van scheikundige technologie en heeft minder moeite met de wijziging dan zijn collega bij technische wiskunde. `Chemische technologie of scheikundige technologie, die twee begrippen liggen heel dicht bij elkaar. Op de middelbare school worden deze namen ook door elkaar gebruikt. En in Delft en Eindhoven is het overigens ook gewoon scheikundige technologie.' Als hij had mogen kiezen, had Betlem wel de oude naam gehandhaafd. `Het is zo ingeburgerd hé. In Twente bestaat de naam al vanaf de oprichting, in 1964. Ik vind deze wijziging vooral vervelend, maar ik denk niet dat het ons grote problemen zal opleveren.'
Die mening deelt ook Menno de Jong, opleidingsdirecteur van communicatiewetenschap. Hij snapt best dat verwarring kan optreden door de toevoeging `toegepast' - en heeft begrip voor de wijziging -, maar hij vindt ook dat de oude naam zorgde voor een stukje profilering van de UT-opleiding. `Inhoudelijk zal er natuurlijk niets veranderen. Het toegepaste, de ingenieursbenadering, blijft centraal staan. Onze opleiding is daarom uniek, dat zullen we nu op een andere manier, via de voorlichting, duidelijk moeten maken.'
Een jaar na de invoering van het bachelor/master-syteem veranderde toegepaste onderwijskunde in educational design, management and media. En niet zomaar. Een bureau deed onderzoek onder een grote groep scholieren naar hun voorkeur. `Ik was toen nog geen opleidingsdirecteur, maar weet wel dat destijds duidelijk de voorkeur bleek voor de naam EDMM,' vertelt opleidingsdirecteur Irene Visscher. Desondanks is ze nu `eigenlijk wel blij' met de nieuwe naam onderwijskunde. `EDMM dekte mooi de inhoud van de opleiding, maar ik heb ook gemerkt dat de naam onder sommige potentiële studenten onvoldoende aansprak. Zij konden zich slecht een beeld vormen. Zo heb ik ooit tijdens een voorlichtingspraatje studenten in de zaal gehad, die eigenlijk voor industrieel ontwerpen kwamen. Door dat `educational design' dachten ze dat wij hier ook zoiets deden. Wat dat betreft kon de naam EDMM wel eens misleidend zijn.' Verder noemt Visscher nog als pluspunt dat in vacatures altijd om een `onderwijskundige' gevraagd wordt. `En nooit een EDMM'er. De nieuwe naam is meer gemeengoed, maar wel duidelijk. Het enige nadeel van onderwijskunde is dat we door die naam altijd moeten opboksen tegen het beeld dat het om een lerarenopleiding zou gaan.'