Studenten waren het afgelopen jaar het vrolijkst over de opleiding agrotechnologie van Wageningen Universiteit: die waardeerden ze met een 8. De laagst aangeslagen opleiding was rechten aan de Vrije Universiteit: die kreeg een 6,7.
Dat blijkt uit de nieuwe versie van de database StudieKeuzeInformatie, die onlangs is verschenen. Daarin zijn allerlei oordelen van studenten over hun opleiding verzameld: wat ze van hun docenten vinden, de gebouwen, de keuzeruimte enzovoorts. Grote opleidingen worden om het jaar geënquêteerd, andere opleidingen komen iedere drie jaar aan bod. In principe stammen de oudste gegevens in de SKI-database uit 2006.
De Universiteit van Amsterdam (opleiding gedrag & maatschappij) staat samen met een andere WUR-opleiding (plantenwetenschappen) op de tweede plaats met een 7,8. Maar het Amsterdamse cijfer is een jaartje ouder.
Een half punt lager dan de rechtenopleiding van de VU staat tandheelkunde van de UvA, die vorig jaar een 6,2 kreeg. De UvA verzorgt die opleiding overigens samen met de VU; voor exact dezelfde opleiding geven VU-studenten een 6,3. Ook de opleiding bouwkunde van de TU Delft kreeg in 2007 een 6,3.
Als vanouds heeft het hbo de grootste spreiding in waardering. In de onderste regionen van de studentenoordelen bevinden zich drie opleidingen van Inholland Hogescholen die net geen zes op hun rapport krijgen. Helemaal bovenaan de lijst prijkt de pabo van de antroposofische Hogeschool Helicon, die alle andere opleidingen overtreft met een mooie 8,1.
Overigens staat er in de database geen ranglijst met beste universiteiten of hogescholen. Hier en daar veegt men alle opleidingen op een hoop om dan het gemiddelde eindcijfer te berekenen. Maar de meeste ranglijstenmakers zijn het erover eens dat die werkwijze weinig subtiel is. De Keuzegids Hoger Onderwijs laat bijvoorbeeld grote opleidingen zwaarder wegen dan kleine, want anders zou een blije opleiding van dertien studenten even veel gewicht in de schaal leggen als een morrende opleiding die tien keer zo groot is.
Hoe de ranglijst van de Keuzegids eruit zal zien, is dus nog niet bekend. Bovendien maakt de gids tegenwoordig onderscheid tussen brede universiteiten als Utrecht en Groningen, en specialistische universiteiten als Delft en Wageningen.
HOP, Bas Belleman
