Over smaak valt niet te twisten

| Rense Kuipers

De UT-gemeenschap staat voor een duivels dilemma: welke leverancier is de komende jaren verantwoordelijk voor de warme dranken op de campus? Iedere UT’er kan deze week langskomen in de foyer van de Vrijhof om te proeven én te kiezen.

Over smaak valt niet te twisten, zeker als het over koffie gaat. Of wel? De warme drank is niet alleen katalysator, maar ook vaak genoeg onderwerp van menig verhitte discussie. Warm of koud, slap of sterk, zuur of bitter, het belang van een goede schuimkraag… Een bakkie troost kan een dag maken of breken.

In de smaak vallen

Nu het contract met de huidige aanbieder Douwe Egberts dit jaar ten einde loopt, is de (Europese) aanbesteding voor een nieuwe leverancier in volle gang. In de foyer van de Vrijhof krijgen twee nieuwe aanbieders, Maas en Van Zelst, de kans om in de smaak te vallen bij de UT-gemeenschap.

Want er valt wel degelijk wat te kiezen, leggen betrokken CFM-medewerkers Anouk van der Wal (facility services) en Bert Kloppers (inkoop) uit. ‘Hoe studenten en medewerkers de smaak en algehele beleving – denk bijvoorbeeld aan het gebruiksgemak en de uitstraling van de machines – beoordelen, telt het zwaarst mee in deze aanbesteding’, vertelt Van der Wal. ‘Op deze eerste dag loopt het al mooi door. En we verwachten morgen en donderdag nog meer mensen die komen proeven.’

Bonenkoffie voor medewerkers

Aan de ene kant van de foyer prijkt een ingang voor medewerkers. Aan de andere kant is er eentje voor studenten. Aan beide kanten staat een laptop klaar waarop mensen hun voorkeur kunnen aangeven. Vertegenwoordigers van beide potentiële leveranciers zijn aanwezig, maar ook een notaris die de neutraliteit en eerlijkheid van de aanbestedingsprocedure bewaakt. In de wetenschap dat er nu 124 automaten op de campus staan, is de UT voor een leverancier immers een grote vis om binnen te hengelen.

Die scheiding tussen studenten en medewerkers is er niet voor niets. Studenten krijgen namelijk de beschikking over instantkoffie, medewerkers maken een ogenschijnlijke reuzesprong naar bonenkoffie. ‘Daar gaat een heel behoefte-onderzoek achter schuil’, weet Kloppers. ‘Studenten willen doorgaans voor of na college snel een bak halen, medewerkers hechten meer waarde aan kwaliteit en smaakbeleving. Daarbij voorkomt instantkoffie ellenlange wachtrijen. Wil een student alsnog bonenkoffie, dan kunnen ze bijvoorbeeld ook naar de Coop of Starbucks.’

Een ander noemenswaardig verschil: de student betaalt voor hun bakkie pleur, voor de medewerker is de koffie gratis. Dat blijft hetzelfde bij de nieuwe aanbieder. Maar iedereen gaat erop vooruit, haast Kloppers zich te zeggen. ‘Smaken zullen altijd blijven verschillen. Maar we krijgen nieuwe machines, de technologie is met sprongen vooruitgegaan de laatste jaren. Dat gaan mensen zeker proeven, verwachten we.’

Links: Linda Koning-Hoock. Rechtsboven: Raymond Linderhof, Camilio Delfgaauw. Rechtsonder: studenten Christin, Lea en Lisa.

Paniek

Servicedeskmedewerker Linda Koning-Hoock komt op dat moment langs om te proeven. Haar cappuccino smaakt opperbest en ze hamert meteen op het belang van de betrouwbaarheid van de machines. ‘Ik weet uit ervaring hoe vervelend het is als je ’s ochtends op het werk aankomt en er geen koffie is. Ja, dan breekt de paniek uit hier op de UT. Laat ik het zo zeggen: mensen worden er niet gemoedelijker op. Ik neem zelf al jaren oploskoffie mee, voor het geval dat. Qua consumptie valt het mee, hoor. Na een kop of zes à zeven vind ik het wel genoeg. Wat ik vooral belangrijk vind? Dat het lekker ruikt en niet te zuur is. En het oog wil ook wat. Een goede laag schuim, anders is het net thee.’

Collega’s Raymond Linderhof en Camilio Delfgaauw nemen plaats naast haar, allebei met een bakje van dezelfde leverancier in de hand. Linderhof draait zich meteen om, om ook uit het andere apparaat koffie te tappen. Vergelijkend warenonderzoek kan pas alleen als er wat te vergelijken valt. ‘Een goede kop koffie is zeker belangrijk’, zegt Delfgaauw ondertussen. ‘Voor mij hoeft het niet zo vanwege de caffeïneboost. Als het maar lekker is – en bijdraagt aan de gezelligheid.’

Na een paar slokken komen beide heren al tot de conclusie dat het moeilijk kiezen wordt. ‘Prima koffie’, zegt Linderhof. ‘Om ’s ochtends op te starten, heb ik er vaak wel drie à vier nodig. Zeker op de langere dagen kan ik de brandstof goed gebruiken.’

Geen plastic

Aan de andere kant van de foyer proeven tweedejaars psychologie Christin Thesing, Lea Staudigel en Lisa Huilmann de koffie. ‘Juist deze tentamenweek benadrukt het belang van koffie’, zegt Thesing. ‘Aanstaande vrijdag wacht ons een pittig tentamen, dus deze proeverij komt ons goed uit.’ Alledrie zijn ze meer ‘casual’ koffiedrinkers. ‘Ja, eigenlijk zouden we wel zwarte koffie moeten drinken, om écht goed te kunnen vergelijken. Maar dat smaakt wat minder’, voegt Staudigel toe. De eerste indruk van de koffie is in ieder geval goed. ‘Ook dat het geen plastic bekertjes zijn. Het is sowieso fijn om eindelijk eens op de campus te kunnen zijn. Misschien wel een aandachtspunt voor de UT: het lukt twee van ons niet om met Duitse bankpassen te betalen bij de huidige automaten. Hopelijk gaat dat veranderen.’

Al snel moet de knoop doorgehakt worden, vertelt Kloppers. ‘We hopen aanstaande vrijdag de resultaten te verwerken in het systeem. Vervolgens moet blijken welke leverancier de hoogste score behaalt. En dan is er nog de wettelijke periode van twintig dagen, voordat het definitief is. Als alles normaal loopt, hebben we vanaf 1 januari 2022 nieuwe apparaten op de campus.’

Wie de warme dranken gaat leveren? Dat blijft nog even – excuses voor dit inkoppertje – koffiedikkijken.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.