Het jaar 2005 legde Detlef Lohse (Hamburg, 1963) tot dusver geen windeieren. Hij werd benoemd tot universiteitshoogleraar (maart), mocht als lid aantreden bij de Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen (april) en nu dus de Spinozapremie, ook wel de Nederlandse Nobelprijs: de hoogste wetenschappelijke onderscheiding van het land.
`Toeval', noemt Lohse de opeenstapeling van erkenning. Toeval? En dat zegt een wetenschapper? Lohse komt dan ook meteen met een plausibeler verklaring. `Zeldzame gebeurtenissen hebben volgens de Poissonverdeling de neiging om te clusteren.' Dat klinkt beter.
Als een kroon op zijn werk ziet hij de onderscheiding niet. `Nee, dat zou betekenen dat mijn carrière er op zit en ik morgen met pensioen ga. Ik begin net! Wel beschouw ik het als een prachtige onderscheiding die het werk van mij en mijn groep erkent. We zijn nu bijna zeven jaar bezig en Twente is goed zichtbaar.'
Lohse die in Duitsland studeerde en promoveerde en vervolgens als postdoc aan de Universiteit van Chicago en de Universität Marburg werkte, staat sinds 1998 aan het roer van de vakgroep vloeistoffysica. Op het gebied van onderzoek naar stromingsleer, turbulentie en granulaire media bouwde hij een grote reputatie op. Hij geniet wereldwijde faam vanwege zijn verklaring van het verschijnsel sonoluminescentie: de emissie van licht door bellen. Als een van de weinige niet-Amerikanen werd hij in 2002 Fellow van de American Physical Society en in hetzelfde jaar trad hij toe tot de Duitse Akademie der Naturforscher, Leopoldina. Tot op heden publiceerde hij ongeveer honderd artikelen, waarvan zeven in Nature of Science en vijfentwintig in Physical Review Letters. Het artikel waarin hij voorspelt hoe het warmtetransport in een turbulente vloeistof afhangt van de warmtetoevoer is in termen van citaties een knaller.
Volgens de jury kenmerkt het werk van Lohse zich door de directe interactie van theorie, experimenten en numerieke simulaties. Na zijn komst naar Twente bouwde hij een sterke groep op. Referenten noemen hem een gedreven onderzoeker die op jonge leeftijd al veel heeft bereikt. Een harde werker, die veel eist van zichzelf en zijn medewerkers. Maar ook: internationaal opinievormend, inspirerend, een academisch leider van formaat. Eén referent vatte het als volgt samen: `Lohse is een persoon naar wie men luistert omdat hij iets te vertellen heeft.´
GESPREK met Lohse, zie rubriek Onderwijs en Onderzoek
Lohse (rechts) met de andere Spinozaprijswinnaars, van links af Peter Hagoort, cognitief eurowetenschapper aan het F.C. Donders Centre en de Radboud Universiteit Nijmegen, Lex schrijver, wiskundige aan het Centrum voor Wiskunde en Informatica en de UvA en René Bernards, moleculair bioloog aan het Nederlands Kanker Instituut en de Universiteit Utrecht. De vier wonderkinderen van de wetenschap, zoals NWO-voorzitter Peter Nijkamp ze noemde, krijgen op 23 november officieel hun geld en het felbegeerde Spinozabeeldje uitgereikt. (Fotograaf: Arie Wapenaar)