Te kritisch vinden sommigen: 'Voor de KPS is het nooit goed.' 'Het College van Bestuur doet wat het kan om de toekomst van de Universiteit Twente veilig te stellen.' Wij weten dat sommigen er zo over denken, maar wij weten ook dat onze kritiek door een groot deel van de universitaire gemeenschap wordt gedeeld. De Universiteitsraad is het enige forum waar een kritisch geluid op een heldere en consistente manier naar voren kan worden gebracht. Dat is misschien de belangrijkste taak van de Universiteitsraad en de KPS vindt dat je in de raad moet zeggen waar het op staat.
'Jullie hebben alleen kritiek en geen alternatief of visie,' zeggen onze critici. Ook dat moeten wij weerspreken. Wij baseren onze opstelling op een duidelijke visie op de huidige problemen en op de toekomst van de UT. Een voorbeeld: de nieuwe opleidingen. De scepsis over een opleiding Geneeskunde is wijd verbreid: 'Moeten we dit wel willen?' 'Kunnen we onze tijd en schaarse middelen niet beter voor andere zaken inzetten?' 'Lopen we geen onverantwoord grote financiële risico's?' Als het College van Bestuur op grond van verkennende onderzoeken had besloten om ervan af te zien, dan had de KPS het college gefeliciteerd met dat verstandige besluit. Nu accepteren wij de strategische keuze van het CvB en richten ons op de randvoorwaarden, zoals goede afspraken met de partners en het inperken van de financiële risico's.
Tegelijkertijd hebben wij niet ingestemd met de Brede Bachelor Sociale Wetenschappen. De plannen waren onvoldoende uitgewerkt en mede daarom had de ACO negatief geadviseerd. Brede bachelors zijn belangrijk voor de vernieuwing van het onderwijsaanbod. Daarom hebben wij ons er eerst van vergewist dat een 'nee' geen belemmering vormt voor dit noodzakelijke vernieuwingsproces. De KPS heeft overigens van meet af aan positief geoordeeld over het concept Brede Bachelor. Wij hebben daarom ingestemd met de Brede Bachelor Techniek, ondanks terechte kritiek op het curriculum. Wel vonden wij dat deze opleiding organisatorisch bij bestaande opleidingen moet worden ondergebracht, juist met het oog op het vernieuwingsproces. Mede onder druk van de Universiteitsraad heeft het College van Bestuur afgezien van een apart University College.
Wat is die duidelijke visie van de KPS dan? In onze ogen moet de Universiteit Twente staan voor academisch onderwijs en onderzoekvan hoge kwaliteit. Voor studenten betekent dit een aantrekkelijk opleidingenaanbod, nadruk op academische vorming en competenties die nodig zijn voor een maatschappelijke loopbaan, keuzevrijheid in het studieprogramma, internationale uitwisseling, vrijwaring van belemmeringen door onvoldoende studeerbaarheid, en een aantrekkelijk studieklimaat. Voor medewerkers betekent dit een intellectueel aantrekkelijk klimaat om zich als wetenschapper te kunnen ontwikkelen, beheersing van de werkdruk en vrijwaring van onnodige verstoring en onzekerheid als uitvloeisel van interne bestuurlijke processen. Voor de medewerkers in de ondersteunende sfeer betekent dit in het bijzonder erkenning van hun bijdrage aan de primaire processen. In de visie van de KPS is het centrale bestuur dienstbaar aan de primaire processen van onderwijs en onderzoek.
'Dat klinkt mooi,' zullen de critici zeggen, 'maar waarin verschilt dit van de visie van andere partijen en het formele UT-beleid?' Dat verschil is inderdaad niet zo groot, wij zetten hooguit wat accenten anders. 'Maar waarom dan die kritische opstelling?' Onze kritiek betreft vooral de uitvoering van de bestuurlijke processen. (1) Het College van Bestuur heeft te veel grote projecten geïnitieerd, in te korte tijd en met te weinig samenhang. Dit overstijgt het aanpassingsvermogen van de organisatie. (2) Grote projecten worden gelanceerd met veel publiciteit maar zonder voldoende intern draagvlak. De loyaliteit van de meeste medewerkers van hoog tot laag maakt dat men meewerkt aan het project, maar het gaat vaak niet van harte. De beste illustratie is major-minor. (3) Het college zelf heeft te weinig aandacht voor de implementatie. Als projecten eenmaal zijn gelanceerd, wordt de uitwerking en implementatie opgedragen aan een stelsel van stuurgroepen en werkgroepen. De interne weerstand wordt hierheen geleid, waardoor de implementatie wordt vertraagd en het oorspronkelijke idee verwatert. Ook hier is major-minor de beste illustratie. Wat is er terechtgekomen van de oorspronkelijke doelstellingen als verhoging van de instroom? De UT heeft de afgelopen jaren marktaandeel verloren, zowel ten opzichte van Delft en Eindhoven, als ten opzichte van alle Nederlandse universiteiten. Er zijn miljoenen besteed aan het ontwikkelen van een uitgebreid minor-aanbod, waarvan het gros slechts een handjevol studenten trekt. Als we toen hadden geweten van Bachelor-Master, waren we er nooit aan begonnen. (4) Het college toont te weinig daadkracht bij grote organisatieveranderingen. Voornemens worden met veel tamtam bekend gemaakt, maar na interne weerstand, culminerend in de zoveelste clash met de decanen, worden deze besluiten steeds weer ingetrokken. Denk bijvoorbeeld aan de vastgoed-soap, de facultaire herindeling, of de bezuinigingen met het Berenschot-fiasco van vorig jaar.
Het lijkt erop dat met de komst van Joop Sistermans er eindelijk iets gaat gebeuren. De KPS weet dat er waarschijnlijk besluiten gaan vallen waar we niet gelukkig mee zullen zijn, bijvoorbeeld deverhouding tussen faculteiten en instituten, maar dat is beter dan het eindeloos doormodderen van de laatste jaren.
Om een paar positieve punten te noemen. De KPS denkt dat de facultaire herindeling een goede zaak is. Stevige bezuinigingen zijn nodig, maar dit mag niet eenzijdig ten koste gaan van de dienstverlening: die is geen overbodige franje. Ook in het onderwijs moet een efficiencyslag worden gemaakt. Daarnaast vindt de KPS dat kritisch moet worden gekeken naar de aanzienlijke bedragen die het College van Bestuur zichzelf toekent voor beleidsinitiatieven. Ook het vastgoed vormt een probleem waarvoor de KPS de kop niet in het zand wil steken. Het is een illusie te menen dat het substantieel goedkoper kan dan de ramingen die nu op tafel liggen. Wel vindt de KPS dat de UT geen grote verplichtingen moet aangaan zonder dat de financiering goed is geregeld. Ook menen wij dat de echte knelpunten, belemmeringen voor de primaire processen en gebouwen die onveilig zijn, voorrang moeten krijgen en dat voor de rest maximale flexibiliteit moet worden ingebouwd om in latere jaren naar bevind van zaken te kunnen handelen. Dus nu nog geen beslissing over nieuwbouw voor de Science faculteit.
Tenslotte willen wij benadrukken dat de KPS een partij is voor medewerkers èn studenten. Wij geloven niet in een fundamentele belangentegenstelling tussen medewerkers en studenten. Specifieke studentenbelangen vormen een integraal onderdeel van onze visie op de toekomst van de Universiteit Twente. De beperkte mogelijkheden voor student-activisme zijn niet alleen nadelig voor studenten zelf, maar als ze nauwelijks meer tijd hebben om zich met het wel en wee van de universiteit te bemoeien, is dit een aantasting van het karakter van de universiteit. De KPS betreurt het ten zeerste dat de huidige fractie geen student-leden omvat. Dat moet na de verkiezingen anders!
KPS-fractie Universiteitsraad
(www.kps.utwente.nl)