'Er lijkt beslist niet veel stress te heersen onder de aankomende filosofen', verzucht het deze week verschenen visitatierapport dat in opdracht van de VSNU is opgesteld.
Volgens de onderzoekers is de opleiding voor veel studenten 'een hobby' en besteden ze veel te veel tijd aan bijbaantjes of andere studies. De filosofen doen erg lang over hun opleiding: tweederde heeft na drie jaar nog geen propedeuse, en nog niet de helft studeert in vijf jaar af. Toch is de studie niet te zwaar. Sterker nog: er is een 'uit de hand gelopen gedoogcultuur' ontstaan rond deadlines van werkstukken.
De commissie schrijft zich ervan bewust te zijn dat een studieduur van vier jaar 'in de context van een 'vrijheidslievende' studentenpopulatie volledig onrealistisch is', maar vindt vijf jaar wel lang genoeg. De commissie vraagt zich hardop af of het aantal opleidingsplaatsen niet beter kan worden teruggebracht tot drie of vier, maar wil geen aanbeveling doen.
Wel moet de instroom omhoog. Filosofie-opleidingen zouden daartoe meer moeten inspelen op de actualiteit, want ze profiteren te weinig van de groeiende belangstelling voor wijsbegeerte. Zo is meer aandacht voor multiculturalisme en voor niet-westerse filosofie gewenst.
Toch is het rapport niet een en al kommer en kwel. De opleidingen scoren allemaal een ruime voldoende. In het lijstje met rapportcijfers staat de Rijksuniversiteit Groningen eenzaam aan de top, met een 7,8.
De gemiddelde rapportcijfers: 1.Groningen 7,83; 2.UvA 7,50; 3.Nijmegen 7,42; Tilburg 7,42; 5.Rotterdam 7,00; 6.Twente 6,92; (n.b.: alleen wijsbegeerte van een bepaald gebied); 7.Utrecht 6,92; 8. Leiden 6,75; VU 6,75.
