In de vergadering van de universiteitsraad van dinsdag gaf Vooijs een toelichting op de opzet van de opleiding. De emeritus-hoogleraar deed - net als rector Frans van Vught - zijn uiterste best om de raad ervan te overtuigen dat er geen belemmeringen zijn om komend cursusjaar met de opleiding te beginnen, dat er voor de eerstejaars op tijd een evenwichtig curriculum klaar is en dat de beroepsperspectieven voor de afgestudeerden veelsoortig en rooskleurig zijn.
Een groot aantal raadsleden maakt zich zorgen over het tempo waarin het eerstejaars curriculum in elkaar gesleuteld moet worden en om het evenwicht tussen technische en medische vakken daarin: op papier zouden bijvoorbeeld de medische vakken oververtegenwoordigd zijn, wat niet representatief is voor de - half technische - opleiding vanaf het tweede jaar. Volgens Vooijs zijn de ingeroosterde geneeskundige vakken echter 'geen geneeskundevakken': ze zijn minder zwaar dan ze lijken en 'volstrekt onvoldoende voor het opleiden van een medicus.' De medische vakken - onder meer gelicht uit het Nijmeegse curriculum - worden gestript en aangepast aan de technologische setting van de opleiding technische geneeskunde.
Of het niet erg riskant is om een opleiding te beginnen, waarvan nog niet duidelijk bij wet is geregeld welk beroep daarna mag worden uitgeoefend, wilde de raad weten. Vooijs: 'Ik heb geen enkele twijfel over het slagen van de opleiding of over het feit dat er straks een scala aan beroepsmogelijkheden is voor de afgestudeerden. Sterker nog: in het veld roept men nu al 'geef me die mensen, liever vandaag dan morgen.'
Ondanks het pleidooi van Vooijs en het CvB om groen licht te geven voor technische geneeskunde vroeg de raad nog een paar dagen bedenktijd. Vandaag (donderdag) buigt de UR zich over een bijgesteld instemmingsbesluit.
