Generaties zeilminnende UT-studenten bevoeren de Ebenhaëzer, de trots van Euros Zeilen. Vijfendertig jaar is de klipper nu in de vaart bij de vereniging. Een unieke prestatie, vinden de leden. En dat moet gevierd worden. Op 1 maart is het feest.
Elke sluis- en brugwachter uit Friesland kent 'em, het grote zwarte schip uit Enschede dat al meer dan drie decennia de Friese wateren bevaart. Aan boord steevast leden van het Schipperscollege van de zeilvereniging, een gezelschap van momenteel achttien zeilers dat de Ebenhaëzer mag bevaren en moet onderhouden.
Vier van hen -een maat, twee zeilschippers en een motorschipper- schuiven in het Theatercafé van de Vrijhof aan om te vertellen over de historie van hun geliefde Ebenhaëzer. Volgens Sjoerd Kuipers (zeilschipper en CT-student) is de boot sinds 1967 in het bezit van de zeilvereniging en werd 'ie in 1968 als homeschip ofwel drijvend clubhuis in de vaart genomen. Klaas Bakker (zeilschipper en WB'er): 'De schuit lag toen voor oud schroot te koop. We hebben er een paar duizend gulden voor neergeteld.' Reinder Attema (maat en student BIT): 'Om precies te zijn 3900 gulden.' Motorschipper Jeroen Lubbers (WB): 'Inmiddels levert ie wel 70.000 euro op.' De anderen knikken bevestigend. 'Minstens.'
Volgens het viertal kan de Ebenhaëzer zo nog vijfendertig jaar mee, mits 'ie goed onderhouden wordt. Qua gespreksstof heeft de boot al lang en breed z'n werk gedaan, de leden schudden 35 jaar historie uit hun mouw als waren ze overal zelf bij geweest.
Sjoerd neemt even de mijlpalen door. 'In 1974 hebben we een mast en zeilen op de boot gezet. Daarvoor konden we alleen met motor varen.' Klaas: 'In 1982 kregen we een nieuwe motor. Eentje die het deed. Tot die tijd voeren we met een permanent geleende motor. Hadden we ergens op de UT opgeduikeld.' Jeroen: 'In '84 en '94 kregen we nieuwe zeilen.' Klaas: 'En in 1985 hadden we de eerste vrouwelijke schipper.' Jeroen: 'Daarna is dat nog maar één keer voorgekomen.' Klaas: 'Maar dat ligt niet aan ons hoor.' Sjoerd: 'In '98 lagen we op de campus tijdens de introductie. We lagen afgemeerd voor de Bastille.' Reinder: 'De eerstejaars dachten dat we dat elk jaar deden. Dat grapje heeft duizenden guldens gekost. Het jaar daarop vroegen ze: waar is jullie schip nu?'
In 1999 kreeg het schip een nieuwe mast. 'Die moet traditiegetrouw gedoopt worden door een vrouw. Daar hebben we Joan, de secretaresse van de rector toen voor gevraagd.' Ook was de Ebenhaëzer hoofdrolspeler in een rechtszaak. Meerdere malen werd de klipper aangehouden wegens vermeend bedrijfsmatig varen. Jeroen: 'Maar wij varen alleen met leden, oud-leden en mensen uit de UT-gemeenschap, niet commercieel dus.' In 2001 kwam de zaak voor. Sjoerd: 'We kregen natuurlijk gelijk.'
De toekomst van de Ebenhaëzer ligt in de handen van nieuwe studenten. Vinden zij nog tijd om te zeilen op het IJsselmeer en de Waddenzee? En om te klussen? Reinder: 'Het is veel werk. We zijn nu ook aan het verven en lakken. Neem alleen zo'n mast. Die is twintig meter lang en heeft een omtrek van wel een meter.' De know how gaat over van leden op nieuwe leden. Ze leren elkaar hetkunstje. Van maat word je motorschipper, van motorschipper klim je op tot zeilschipper. Alle leden van het Schipperscollege varen het liefst op de grote boot. Klaas: 'De eerste vier jaar keek ik niet eens naar die andere, kleine, bootjes.' Jeroen: 'Het is natuurlijk ook geweldig om de kans te krijgen zo'n groot schip te besturen.' Sjoerd: 'Het mooiste vind ik de klipperrace. Vooral de ankerstart. Daar zijn we heel goed in, want dan komt het aan op teamwork.'
Op zaterdag 1 maart is het dus groot feest. Leden en oud-leden zijn uitgenodigd, evenals mensen die al jaren klaar staan voor het schip en andere zeilverenigingen. Er komt een veiling waarop zeilattributen van emotionele waarde onder de hamer komen, zoals de oude zeilen van de Ebenhaëzer. Er is een tentoonstelling met foto's en verhalen uit de oude doos. Over alle schades die het schip opliep met als hoogtepunt die keer dat een spoorbrug geramd werd in Workum. Een week lang kon er geen trein overheen. 'Maar dat is dan ook wel de ergste schade uit de geschiedenis', zegt Jeroen. Of die keer dat er een hardnekkig virus in het schip zat en dertig man tegelijk ziek werd. Met chloor hebben ze de boot uit moeten soppen.
Ook houdt Euros zaterdag 1 maart een wrikwedstrijd met de Ebbie, het kleine bootje dat jarenlang trouw achter de grote Ebenhaëzer aanbungelde. Dat was handig om snel naar de wal te varen voor drank en voedsel. 'Totdat iemand ontdekte dat het wel erg veel extra diesel kostte', zegt Sjoerd. Sindsdien werd de Ebbie niet meer gebruikt. Maar tijdens het feest is de kleine als vanouds van de partij.
De festiviteiten worden afgesloten met een 'goeie' borrel. 'En dan maar kijken wie de sterkste verhalen heeft.'
Jannie Benedictus
De Ebenhaëzer in volle glorie
![]()