Vorig cursusjaar begonnen twaalf studenten aan een TW-studie, in september dit jaar waren dat er beduidend meer, maar nauwelijks meer dan twintig. Wel meer dan in Groningen, dat ook een technische opleiding wiskunde kent (nu vier, vorig jaar zeven). Delft staat er iets beter voor met 36 aanmeldingen (was 21). Maar een landelijk totaal van zestig eerstejaars is veel te weinig, aldus Van Gils. `De vraag naar wiskundigen overstemt ruimschoots het aanbod. Er is werk genoeg, maar er lopen veel te weinig wiskundestudenten rond. Daardoor hebben we ook veel moeite om aan promovendi te komen'.
Wat is het knelpunt?
`Op het vwo is het eigene van de wiskunde aan het verdwijnen. Het mooie is eraf. Abstractie is steeds minder in het curriculum te ontdekken. Ja, dan wordt het algauw een moeilijk en vervelend vak dat velen niet snappen. Het werken met formulebladen bijvoorbeeld is bepaald niet stimulerend. Zelfs de betere leerlingen weten vaak niet meer wat ze aan het doen zijn. En wie er wel door gegrepen wordt, komt niet aan zijn trekken.'
Met andere woorden, de wiskunde op de middelbare school moet leuker?
`Niet zozeer leuker als wel authentieker. En we moeten zelf steeds alert blijven op de aansluiting tussen vwo en universiteit. We hebben al een paar jaar uitstekende contacten met vwo-scholen in de regio. Er werkt een tweetal vwo-docenten parttime bij TW, we hebben een klankbordgroep, ECHO genaamd, we organiseren ambitieuze masterclasses voor vwo'ers én een wiskunde-estafette die eind vorige maand weer een succes was. Dus er gebeurt van alles, maar het kan altijd nog beter.'
Van Gils denkt dat de vwo-scholier onvoldoende beseft dat wiskunde in alle exacte studies is terug te vinden en breed toepasbaar is. Van telecommunicatie, mobieltjes en verkeer tot het bankwezen: wiskunde zit overal in. `We vertellen dat ook aan studenten die overwegen om een wiskundemaster te gaan volgen. Die extra wiskundekennis is van grote meerwaarde voor wat ze in een andere technische discipline hebben geleerd.'
De nadruk bij het TW-onderwijs is de laatste jaren komen te liggen op het leren modelleren: het maken van een wiskundig concept plus aanpak, analyse en terugvertaling naar de praktijksituatie. `Dat is ons profiel. Verder heeft de computeralgebra zijn intrede gedaan als hulpmiddel om wiskunde te leren.'
Bepaald zorgen maakt de opleidingsdirecteur zich ook over het geringe aantal promovendi. `Hoe meer eigen instroom, hoe meer promovendi. We moeten ze nu bijna allemaal uit het buitenland halen.' En zo zijn er wel meer punten die de gemoederen binnen TW (en andere afdelingen) bezighouden. De leerstoel als business unit die afzonderlijk op zijn prestaties wordt afgerekend, vindt Van Gils een doorgeslagen fenomeen dat leidt tot een ieder-voor-zich-mentaliteit die is gericht op overleven. Staat haaks op het UT-breed gepredikte wij-gevoel en het tegengaan van fragmentatie, oordeelt hij. `Ik vind het een ramp, schrijf dat maar op. Ik ben trouwens over sommige aspecten van de kanteling van het onderzoek ook niet enthousiast. De instituten hebben hun eigen geld, beleid en programma. Ik vind die grote instituten uitstekend, maar die matching (het geld dat de UT bijpast om projecten binnen te halen, red.) kost ons allemaal onevenredig veel geld. Je ziet ook dat het UT-verdeelmodel veel te weinig geld toekent aan het onderwijs van de faculteit EWI.' Verzucht: `Het gaat tegenwoordig alleen maar om geld, het wordt steeds erger. Ik richt een standbeeld op voor degene die daar een halt aan roept', aldus Van Gils, die als opleidingsdirecteur de ene verandering na de andere op zich af zag en ziet komen. Zoals de reductie van de bachelorvakken ten behoeve van de brede bachelor, die binnenkort zijn beslag krijgt als het aan het UMT (de decanen en instituutsdirecteuren, red.) ligt. We hebben behoefte aan rustiger vaarwater. Waar is de continuïteit?'
Maar het is niet alleen kommer en kwel, aldus Van Gils opgewekt. Er zijn ook lichtpunten te noteren: vanuit de wiskunde, scheikunde en natuurkunde (aan informatica wordt gewerkt) trekt de animo voor de lerarenopleiding binnen de UT heel behoorlijk aan. En nieuwe opleidingen als biomedische techniek en technische geneeskunde zijn een stimulans voor TW. `De wiskunde die wij toeleveren is er bijzonder populair'. Het bevestigt de waarde en impact van zijn vakgebied, vindt hij. `Net als elektrotechniek en informatica zijn we een echte discipline en dat willen we graag zo houden.'
Bert Groenman
Stephan van Gils: ...het gaat tegenwoordig alleen maar om geld...