Stemmetje
Meneer De Graaf was blij met de opkomst van Fortuyn. Want Fortuyn wou ook bestuurlijke vernieuwing, zei meneer De Graaf. Dus al die aanhangers van Fortuyn stemden in feite voor meneer De Graaf, zei meneer De Graaf. En toen Fortuyn er niet meer was, konden ze niet anders dan stemmen op meneer De Graaf, dacht meneer De Graaf. En toch kreeg meneer De Graaf maar 7 zetels.
Een stemmetje in het achterhoofd van meneer De Graaf zei toen, dat het de aanhang van Fortuyn dan misschien toch niet te doen was om bestuurlijke vernieuwing. In elk geval niet om de bestuurlijke vernieuwing van meneer De Graaf. Misschien had de kiezer genoeg van het Haagse gekonkel, waarbij een partij met 7 zetels het op een akkoordje kon gooien met andere partijen om zo zijn minderheidsstandpunt erdoor gedrukt te krijgen. Zei Fortuyn ook niet dat hij het voor minder dan 20 zetels niet zou doen! Het stemmetje in het achterhoofd van meneer De Graaf adviseerde meneer De Graaf dan ook de handdoek in de ring te gooien.
Maar meneer De Graaf luisterde niet naar stemmetjes in het achterhoofd. Meneer De Graaf had geleerd stemmetjes in het achterhoofd te wantrouwen. Een stemmetje in het achterhoofd, dat kon de stem van God zijn; en die bestond niet. Wie stemmen hoorde had een psychische stoornis die behandeld moest worden. Nee, de enige stem die meneer De Graaf hoorde was de stem van het volk. En het feit dat die stem veel luider klonk dan de stembus aangaf, bewees maar weer eens dat er iets grondig mis was met het kiesstelsel. Hoe minder stemmen meneer De Graaf kreeg, hoe meer hij het gelijk aan zijn zijde had.
Vanuit dit diep democratische inzicht toog meneer De Graaf aan het werk. Met een bevlogenheid zoals we die kennen van alle grote bestuurlijke vernieuwers voor hem: Napoleon, Castro, Mugabe. Allemaal helden die hun land flink vooruit hielpen, door zich niets aan te trekken van conservatieve krachten die domweg niet begrepen wat het volk ten diepste wou. Hopelijk heeft meneer De Graaf van zijn voorgangers geleerd dat hij na zijn vernieuwing dient op te stappen. Anders vindt ook hij eens zijn Waterloo.