Vertegenwoordigers van de UT-onderzoeksintsituten CTIT en Mesa+ namen vorige week deel aan een prestigieuze driedaagse conferentie over technologietransfer tussen Amerikaanse en Nederlandse bedrijven, instituten en universiteiten. De bijeenkomst, geïnitieerd door het Nederlandse ministerie van Economische Zaken en de Amerikaanse ambassade, had het karakter van een handelsmissie. Centraal stonden de mogelijkheden voor business matchmaking en technology exchanges. Nederlandse en Amerikaanse multinationals zoals ASML, Philips, Cisco, IBM en Oracle hadden een belangrijk aandeel in het programma.
'Ik kom terug met een tas vol leads,' meldt Kees Eijkel, technisch-commercieel directeur van Mesa+. 'Drie daarvan zijn hele wezenlijke.' Stilte. 'Maar het is lastig om daar iets over te zeggen, uit concurrentieoverwegingen.'
Het gaat daarbij - want zoveel wil Eijkel wel kwijt - met name om twee grote Amerikaanse bedrijven, die geïnteresseerd zijn in inhoudelijke samenwerking met Mesa. 'Op enig moment zullen zij dat vast wel wereldkundig willen maken,' verwacht Eijkel, 'maar dan op hun manier, en met de nodige PR er omheen.'
In Silicon Valley leidde Eijkel een sessie over nanotechnologie, omdat Mesa+ penvoerder is van Nanoned, het coördinatieorgaan voor het Nederlandse nano-onderzoek. Ook Mesa-directeur David Reinhoudt vervulde een prominente rol in de UT-delegatie, met als gevolg dat er serieuze contacten zijn gelegd tussen Nanoned en zijn Amerikaanse tegenhanger over kennisuitwisseling en inhoudelijke samenwerking in projecten.
Samen met de serieuze Amerikaanse belangstelling voor het gebruik van de Mesa+-faciliteiten op de campus, stemt deze oogst Eijkel tot grote tevredenheid. 'Je merkte echt dat er power achter de hele presentatie zat. De combinatie met EZ en de ambassade had echt grote impact; veel meer dan dat je in je eentje roept dat je interessante dingen doet.'
Een belangrijk signaal dat het Nederland ernst is met innovatie en transatlantische kennistransfer, gaf premier Balkenende in een toespraak per videoverbinding. Staatssecretaris Karien van Gennip van EZ en de Amerikaanse ambassadeur spreken de bezoekers livetoe. 'Dat ziet een groot bedrijf graag,' aldus Eijkel. 'Er liepen echt ongelooflijk veel zware jongens rond. Normaal spreek je meestal met R&D'ers, die vaak toch al interessant vinden wat je doet, maar de weg naar het strategische niveau is dan soms nog lang. Nu zat je midden tussen de mensen die de strategische beslissingen moeten nemen. Dat soort contacten kun je nooit opbouwen vanuit één enkele vakgroep. Of het duurt heel erg lang.'
En wanneer worden de namen onthuld van Eijkels geheimzinnige partners? 'Het zou wel eens een heel mooi voorjaar kunnen worden.'
Een succesvolle formule, en zeker geen congresje van dertien uit een dozijn, vindt ook CTIT-directeur Peter Apers. 'De belangrijkste ict-mensen uiut het bedrijfsleven, de overheid en universiteiten waren er. En al die CEO's van de grote ict-bedrijven die daar rondliepen, die krijg je normaal echt niet bij elkaar. Indrukwekkend.' Contracten heeft het CTIT niet in de wacht gesleept, maar dat was ook niet de bedoeling. Apers: 'De UT is al focus-universiteit van Intel, en IBM en Cisco hebben de wireless campus aangelegd. Dus die contacten, met de Nederlandse delen van die bedrijven, hadden we al. Het ging ons vooral om het bestendigen van de contacten, het verkennen van nieuwe samenwerkingsmogelijkheden, en ik was benieuwd naar de lange termijn-visie van de topbazen op de ict-sector. Die visie blijkt heel dicht tegen de onze aan te liggen, dus dat geeft ons het vertrouwen dat we op de goede weg zijn. Bovendien hoor ik vrij algemeen dat venture capitalists weer bereid zijn te investeren en dat het einde van de tunnel voor de ict-sector nu echt wel in zicht is.'