De drie TU's gaan nauw samenwerken op het gebied van innovatie en kennisoverdracht. Hiervoor wordt een apart instituut opgericht, het '3TU Innovation Lab'. Dit voornemen wordt opgenomen in de eindversie van het Sectorplan Techniek dat volgende maand verschijnt.
De kern van de voorgenomen afstemming en samenwerking tussen de drie tu's berustte tot nu toe op een 3TU Graduate School, de koepel voor al het technisch onderwijs, en een 3TU Institute for Science & Technology, waarin al het onderzoek op elkaar is afgestemd. Er komt nu dus een derde poot bij, het 3TU Innovation Lab genaamd, dat als één loket gaat dienen voor alle innovatieve activiteiten die de drie universiteiten nu ieder voor zich ontplooien.
UT-rector Frans van Vught bevestigde deze nieuwe ontwikkeling gisteren tegenover dit blad. Het gaat er bijvoorbeeld om, voor jonge starters een uniforme, laagdrempelige infrastructuur op te zetten met eensluidende regelingen en het flexibel en snel beschikbaar stellen van faciliteiten aan bedrijven en bedrijfjes. Ook op het gebied van octrooien en patenten gaan de drie TU's nauw met elkaar samenwerken.
Hoewel het hoofdstuk nog verder wordt ingevuld, stelt Van Vught zich voor dat de UT haar kennis en ervaring op het gebied van spin-offs en samenwerking met het bedrijfsleven gaat delen met de andere TU's, en omgekeerd. Het model van de succesvolle Twentse TOP-regeling, die spin-offs helpt bij het opzetten van een eigen bedrijf, zou dan ook in Delft en Eindhoven beschikbaar komen.
De UT is op het terrein van ondernemendheid toonaangevend in het universitaire veld. Van Vught zegt er in het licht van het Sectorplan absoluut geen moeite mee te hebben haar kennis op dit terrein te gaan delen met andere TU's. Het bedrijfsleven, aldus de Twentse rector, volgt de vorderingen van de commisie Hermans op de voet. 'Men is positief over de eerder gepresenteerde plannen, maar dringt er wel met klem op aan ook kennisvalorisatie inhoudelijk vorm te geven. Daar wordt dus aan gewerkt.'
Van Vught beaamt dat de activiteiten binnen de club-Hermans, na een dip in december, weer in een stroomversnelling zijn geraakt. Binnenkort is er een gesprek met staatssecretaris Nijs, met wie het eindconcept van het Sectorplan informeel zal worden doorgenomen. Doel van deze exercitie is de 3TU-plannen bij de bewindsvrouwe op hun politiek-bestuurlijke haalbaarheid te toetsen. Als dat het geval is zal haar het Sectorplan officieel worden aaangeboden, waarna ook de openbaarmaking volgt. Naar verwachting gebeurt dat in de eerste helft van februari.
Nieuw daarin is dus met name het innovatielab. Forse wijzigingen ten opzichte van versie 1 (mei vorig jaar) en versie 2 (oktober) zijn er niet te verwachten. Dat betekent dus ook dat de zogenoemde doorzettingsmacht, hoewel wat verder uitgewerkt, gehandhaafd blijft. Een apart orgaan, wellicht de voorzitters van de CvB's, kan zich van deze zware bevoegdheid bedienen als er landelijk knopen moeten worden doorgehakt.
