Dat schrijft de Werkgroep Groenbeleid is een rapport over de stand van de natuur op de Campus. Voorts stelt de werkgroep een aantal maatregelen voor die betere groei- en leefomstandigheden kunnen creëren. De groep denkt hierbij aan het strooien van kalk in de bossen en onder vrijstaande bomen, zodat de zuurgraad naar beneden gaat. Daarnaast denk de werkgroep aan het verhogen van de overstroomhoogte in de vijver, wat een verhoging van de grondwaterstand ten gevolge heeft en het leggen van grasstenen op stukken parkeerplaatsen die weinig worden gebruikt en om bomen. Ook pleit de groep voor het planten van nieuwe bomen. 'Wij zien snel ingrijpen en gepaste maatregelen nemen als noodzakelijk om de sterke achteruitgang van bomen, heesters, planten en dieren af te remmen en zo mogelijk te stoppen.'
De werkgroep wijst een aantal oorzaken voor de huidige groensituatie aan. Ten eerste is dat de grote droogte. De laatste twee jaar is er maar een kwart van de gemiddelde hoeveelheid regen gevallen. Bovendien viel die regen ook nog eens met grote tussenpozen in kleine hoeveelheden, zodat het waten zeer snel verdampte in plaats van in de grond door te dringen. Hierdoor zijn de bomen verzwakt en hadden ziektes en plagen een ernstigere uitwerking dan op gezonde bomen. De werkgroep noemt als voorbeeld de eikenbladroller. Deze vreet de bomen ieder voorjaar kaal. De bomen vormen daarna wel weer nieuw blad, maar het is een geweldige aanslag op hun reserves.
Ten tweede zijn er een aantal menselijke oorzaken: de luchtvervuiling en de lage grondwaterstand. 'Luchtvervuiling is een grote boosdoener. Hoewel de bijdrage van de UT aan de algehele luchtvervuiling te verwaarlozen is, zal het toenemende autoverkeer en de uitstoot van vervuilende gassen op de campus toch ook bijdragen aan het geheel', aldus het rapport.
De onophoudelijke bouwactiviteiten hebben ten slotte voor een voortdurende lage grondwaterstand gezorgd. Bouwputten moeten immers worden drooggepompt. 'Al deze werkzaamheden hebben wel hun tol geëist in de vorm van een constant lagere grondwaterstand. Er staat nu nog altijd wel ergens een pomp grondwater weg te pompen. Droogteperioden hebben zodoende op de campus ernstiger gevolgen dan elders. We kunnen ervan uitgaan dat de bomen op de campus niet hun maximale leeftijd zullen halen.'
De werkgroep heeft eveneens aan de kosten van de plannen gedacht: 'Sommige voorstellen kosten niets. Het betreft alleen maar een andere manier van werken. Nu kleine jonge bomen planten is goedkoper dan later oude en duurdere te moeten zetten in geval van calamiteiten.'
Het Facilitair Bedrijf, bij monde van directeur Ben Olde Agterhuis, reageert positief op het rapport: 'Samen met de Grontmij zijn we zelf bezig het bestand in kaart te brengen. Op basis hiervan willen we beleid opzetten, waar we de Werkgroep Groenbeleid ook zeker in willen betrekken.'