De 'herschikking' - van een reorganisatie wil hij niet spreken - is volgens faculteitsdecaan prof. H. Grootenboer nodig omdat WB al jaren met een structureel tekort op de begroting kampt. 'De faculteit heeft vanouds een heel magere onderzoeksfinanciering en daardoor een ongunstige ratio staf-studenten. Het CvB wil ons wel wat extra ondersteuning geven, maar dat plan is al verschillende malen door de U-raad geblokkeerd.'
Om niet langer op de eigen reserves in te teren, brengt de faculteit de personeelsomvang terug. Daartoe worden enkele taken gericht afgestoten: de onderzoeksthema's spuitgieten en wikkelen van de vakgroep Ontwerpen in Kunststoffen en enige ondersteunende taken in de computerdienstverlening. De bekende 'kaasschaafmethode' is volgens decaan Grootenboer niet overwogen omdat daarvan ook kansrijke vakgroepen te lijden hebben.
De operatie kan grotendeels plaatsvinden via natuurlijk verloop, zegt Grootenboer. 'Er komen binnenkort een aantal plaatsen vrij die we via interne herplaatsing opvullen met mensen die elders overbodig worden. Straks kunnen we met minder mensen de noodzakelijke taken blijven uitvoeren.'
Op termijn gaan zeven arbeidsplaatsen (fte) verloren, vier bij het wetenschappelijk personeel en drie bij het ondersteunend en beheerspersoneel. Bij Tribologie gaan drie mensen weg, maar daar wordt een deeltijdleerstoel omgezet in een voltijdleerstoel. 'Als alles goed gaat zal de faculteit in 1998 weer quitte spelen', aldus Grootenboer. 'En dan maar hopen dat deze herschikking voorlopig voldoende is geweest.'
Bij de vakgroepen Technische Mechanica & Tribologie (TMT) en Ontwerpen in Kunststoffen (OK) berust men in de gang van zaken. Prof. J. Huétink (TMT, vakgroepsvoorzitter prof. H. Tijdeman was niet bereikbaar) meent dat de fusie kan leiden tot 'synergie', aangezien er overlap is bij onderzoek naar mechanische modelvorming en 'impactanalyse' bij vezelversterkte kunststoffen en composieten (vooral blends van kunststof en rubber).
Volgens prof. P. Powell (OK) zal de nieuwe vakgroep zich na de fusie nog meer gaan toeleggen op onderzoek naar 'impactbestendigheid' van vezelversterkte kunststoffen en composieten. 'Het is een economisch veelbelovend thema dat nu al bij beide vakgroepen wordt bestudeerd. Als we die werkzaamheden samenvoegen, krijg je inderdaad synergie. Het gaat dus niet om een opheffing van onze vakgroep, maar om verandering van spoor.'
Powell betreurt wel dat het onderzoek naar spuitgieten (een techniek voor kunststoffabricage) verdwijnt. Dat onderzoek staat echter binnen WB enigszins op zichzelf en is te klein in omvang om op de derde geldstroommarkt te kunnen concurreren met de grote groep aan de TU Eindhoven.
'Natuurlijk is het jammer om goed onderzoek te moeten stoppen. Maar we kunnen nu eenmaal niet alles blijven doen', aldus Powell. Hij beklemtoont dat de ontwerpactiviteiten van zijn vakgroep op het gebied van kunststoffen, inclusief spuitgieten, ook na de fusie overeind zullen blijven want deze zijn onontbeerlijk voor het onderwijs.