Volgend kabinet zal onderwijs ontzien

| Redactie

Hoe het volgende kabinet er ook uitziet, het zal prioriteit geven aan onderwijs. Dat bleek vorige week bij een debat tussen fractievoorzitters van de vier grote partijen. Voor het hoger onderwijs was hun inzet bescheiden, maar nieuwe ramingen van studentenaantallen laten zien dat Kok-2 weinig keus heeft. De geboortegolf van de jaren tachtig dwingt straks tot een stop op de bezuinigingen.

Op een congres over de concurrentiepositie van Nederland hield CDA-voorman Heerma vorige week een pleidooi om in de nieuwe kabinetsperiode die eind '88 begint, prioriteit te geven aan onderwijs. De Paarse fractieleiders bleken het met hem eens. Eenstemmig lieten ze blijken dat recente betogen over het belang van onderwijs en onderzoek voor de kennisintensieve samenleving tot hen zijn doorgedrongen. De meeste aandacht kreeg het basisonderwijs: vooral PvdA-leider Wallage en zijn D66-collega Wolffensperger vinden dat daar extra geld naartoe moet. Maar ook voor universiteiten en hogescholen klonken hoopvolle geluiden.

Met zorg sprak men over de lage uitgaven voor onderzoek. Wolffensperger vond dit een zwakke plek in de economie. En Heerma zei: 'We moeten het voor onze economie van kennis hebben.' Wallage vond dat in elk geval ook bedrijven hun uitgaven voor onderzoek zouden moeten verhogen.

Voor het hoger onderwijs zelf deden de fractievoorzitters geen harde beloftes, maar ze kozen wel een andere houding dan in 1994 bij het sluiten van regeerakkoord. Toen legde Paars immers een bezuiniging vast van 1,5 miljard, inclusief studiefinanciering. Dit keer stelde Wolffensperger dat er niet meer gesneden mag worden. Heerma en Wallage steunden dit - al legde de laatste vooral nadruk op de studiefinanciering.

Er is dus enige hoop dat de bezuiniging van 200 miljoen gulden die het hoger onderwijs vanaf het jaar 2004 nog tegoed heeft, door het volgende kabinet geschrapt wordt. Uit nieuwe cijfers over verwachte studentenaantallen blijkt overigens dat die beleidswijziging ook hard nodig zal zijn.

Door de geboortegolf van de jaren tachtig en de groeiende deelname van scholieren aan het hoger onderwijs, zal volgens ramingen van het ministerie van onderwijs het aantal studenten al kort na de eeuwwisseling weer gaan stijgen. Nu is dat aantal, inclusief deeltijders en exclusief landbouw- onderwijs, nog 425 duizend. In het jaar 2003 bereikt het een dal bij 390 duizend. Maar als de prognoses kloppen, stijgt het daarna in zeven jaar tijd naar een recordaantal van 455 duizend studenten.

Tegen die achtergrond zal het moeilijk zijn om op het hoger onderwijs te bezuinigen. Wel kan een verschuiving van honderden miljoenen guldens van universiteiten naar hbo aan de orde kunnen komen. Volgens de prognoses vindt namelijk alle groei tussen nu en het jaar 2010 in het hbo plaats. En al eerder heeft minister Ritzen aangekondigd dat bij `majeure' verschuivingen in studentenstromen overheveling van geld tussen w.o. en hbo aan de orde kan komen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.