'WB verdient een decaan die fulltime beschikbaar is'

| Redactie

In 1990 besloot de Faculteit Werktuigbouwkunde (WB) iemand van buiten aan te trekken voor het vervullen van de functie van decaan. Gedurende de periode 1991-1995 had ik het genoegen deze functie te vervullen. Een beroep- of professioneel decaan is iemand die niet tot een vakgroep behoort. Een faculteit met zo'n 250 medewerkers, zoals WB, verdient een decaan (voorzitter van het bestuur) die 80 tot

In 1990 besloot de Faculteit Werktuigbouwkunde (WB) iemand van buiten aan te trekken voor het vervullen van de functie van decaan. Gedurende de periode 1991-1995 had ik het genoegen deze functie te vervullen. Een beroep- of professioneel decaan is iemand die niet tot een vakgroep behoort.

Een faculteit met zo'n 250 medewerkers, zoals WB, verdient een decaan (voorzitter van het bestuur) die 80 tot 100 procent beschikbaar is voor het interne management en de vertegenwoordiging van de faculteit binnen en buiten de UT. De faculteit WB was in 1991 klaar voor een beroepsdecaan. Er was een platte organisatiestructuur van tien vakgroepen. Het bestuur, de directeur en de vakgroepvoorzitters functioneren als een managementteam met twee formele, korte vergaderingen per maand, waarin belangrijke zaken met betrekking tot het onderwijs, het onderzoek, het personeel en de begrotingen worden besproken. Voorts is het managementteam een belangrijk mechanisme voor het uitwisselen van informatie met het bestuur en tussen de vakgroepen onderling.

De communicatielijnen zijn kort en direct en ik had gedurende die vier jaar steeds het gevoel dat besluiten werden gedragen door de hele faculteit. Een platte organisatie helpt daarbij. Een ander belangrijk orgaan was de faculteitsraad (FR). Voor mij was het een heel nieuwe ervaring. Met een ondernemingsraad (OR) had ik veel ervaring en aanvankelijk dacht ik dat de FR een soort OR was. Hoewel de FR een aantal specifieke bevoegdheden heeft, bleek dat de FR van WB in hoofdlijnen als een echte raad voor de 'onderneming WB' functioneert. Door een constructieve opstelling van de FR was het mogelijk vele zaken te overleggen. De FR heeft gedurende die vier jaar dikwijls zeer positief bijgestuurd.

Met de dienstcommissie (DC) heb ik geen directe ervaring. Ik denk dat in een nieuwe structuur de FR en de DC in elkaar geschoven dienen te worden tot een OR, waarbij een aantal speciale bevoegdheden van de FR behouden dient te blijven.

Met betrekking tot het faculteitsbestuur en de directeur heeft WB geopereerd alsof er een integraal management was. De directeur behoort lid te zijn van het bestuur. Een driehoofdig bestuur (analoog aan een driehoofdige directie van een bedrijf) met de decaan als voorzitter met integrale eindverantwoordelijkheid lijkt mij de meest effectieve constructie in de huidige situatie.

Het is mij wel duidelijk geworden dat de voorzitter/decaan beslist iemand moet zijn met ervaring op het werkterrein of een aanpalend gebied van de faculteit. Voorts moet de decaan een grote belangstelling hebben voor het wetenschappelijk onderwijs en het onderzoek.

Als de decanen eindverantwoordelijkheid dragen kan het College van Decanen worden omgevormd tot een managementteam voor de hele universiteit, waarbij ook de hoofden van diensten betrokken dienen te worden. Er zijn reeds stappen gezet in die richting. Het College van Bestuur heeft dan een goede basis om vandaar uit de universiteit te besturen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.