De Batavierenrace, de grootste estafetteloop ter wereld, is in aantocht. Nog drie weken en meer dan zevenduizend studenten staan 27 april weer trappelend aan de start om de 24ste editie van de tocht der tochten over 175 kilometer van Nijmegen naar Enschede te lopen.
Nieuw dit jaar is dat de organisatie in handen is van een verzelfstandigde Batavierencommissie. In plaats van twee groepen, die onder auspiciën van de Nederlandse Studenten Sport Stichting (NSSS) het evenement van de grond vormgeven, is er een Stichting Batavierenrace opgericht, bestaande uit commissies in Nijmegen en Enschede, onder leiding van één gemeenschappelijke voorzitter. Deze komt dit jaar uit Nijmegen. De commissies in beide steden hebben ieder een eigen leider. Het stichtingsbestuur wordt gevormd door oud-UT College van Bestuur-voorzitter C. van Lookeren Campagne, het Nijmeegse collegelid J. Peters, vier oud-voorzitters van de Batavierenrace en Marc Montsma van de studentenatletiekvereniging Zeus, het overkoepelende orgaan van alle atletiekverenigingen voor studenten. 'We hadden het gevoel dat de NSSS onze belangen niet goed kon behartigen', zegt Henk Veldink, UT-commissievoorzitter. 'Het ontbrak aan lange termijnbeleid. Nu zijn de lijntjes korter en hoeven we niet alles honderd keer uit te leggen.' De UT en de Katholieke Universiteit Nijmegen staan met ieder 40.000 gulden garant voor de activiteiten van de Batavierencommissie. De Postbank, hoofdsponsor, brengt 60.000 gulden in.
Opnieuw verwacht de commissie dit jaar een recordaantal deelnemers: 7300.
Buitenlandse lopers komen uit onder andere België, Duitsland, Engeland, Frankrijk, Hongarije, Tsjechië, Polen en Zweden.
Het ultramoderne tijdwaarnemingssysteem, dat vorig jaar in gebruik werd genomen, is aangepast. 'Dit jaar hebben we de beschikking over miniprocessoren die de tijd waarnemen. Het is een stand-alone-systeem met een hoofdcomputer die alles uitleest. De diskettes met de tijdgegevens worden zoals gebruikelijk door motorrijders naar Enschede gebracht om te worden uitgelezen', vertelt Sebastiaan Smeitz, verantwoordelijk voor de tijdwaarneming. Of daarmee tussen- en eindstanden ook sneller bekend zijn, moet nog blijken.
