UT wacht bezuiniging van dertig miljoen

| Redactie

De Universiteit Twente moet in 2005 structureel dertig miljoen bezuinigen. Dat is bijna 10 procent van de totale begroting die nu nog 366 miljoen bedraagt. Al vanaf volgend jaar trekt de UT de broekriem aan met een aanslag van anderhalf miljoen. Tot 2005 komt daar ieder jaar gemiddeld 3 miljoen gulden bij. Inkrimping is noodzakelijk omdat de studentenaantallen dalen, de overheid de rijksbijdrage verlaagt, de UT-onderzoeksscholen geen geld uit de 'dieptestrategie' krijgen, en het vastgoedplan extra middelen vergt.

Waar de UT precies gaat snijden is nog niet bekend. In eerste instantie kijkt de begin november ingestelde Projectgroep M% 30 bezuinigingen, onder leiding van H. Klomp (hoofd Financieel Economische Zaken) naar de centrale overhead. 'Maar', zo verklaart Klomp, 'het is geen haalbare kaart dertig miljoen bij de UT-diensten vandaan te halen.'

Het CvB hoopt dat inkrimping van de centrale dienstverlening op den duur ongeveer tien miljoen gulden per jaar oplevert. De faculteiten en de onderzoekinsstituten moeten dan nog steeds 20 miljoen bezuinigen. Die zullen in eerste instantie ook naar hun eigen ondersteunende diensten kijken. Maar omdat schaalvergroting en efficiënter werken waarschijnlijk tot onvoldoende besparingen leiden, zal ook het primaire proces - het onderwijs en onderzoek - niet aan inkrimping ontkomen, zo verwacht het CvB. Of de bezuinigingen zullen leiden tot ontslagen, kan Klomp nog niet zeggen. 'Zover zijn we nog niet. We hebben vijf jaar de tijd dus ik denk dat we met het niet opvullen van vacatures en vervroegd uittredende medewerkers een heel eind komen.'

De afname van de eerste geldstroom is voornamelijk te wijten aan de opeenvolgende kabinetten Kok. Paars-1 had voor 2001 tot 2005 al een bezuiniging van 200 miljoen op het universitaire onderwijs gepland. Paars-2 voegde daar nog eens 100 miljoen 'efficiency verbetering' aan toe. De UT moet van die landelijke 'ombuiging' jaarlijks 15 miljoen voor haar rekening nemen.

Maar ook het budgettaire verdeelmodel voor het universitaire onderwijs verandert. Het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen wijst de financiële middelen nu nog toe op basis van een stabiel bekostigingsmodel. Bijna 80 procent van het geld dat universiteiten krijgen is niet afhankelijk van studenteninstroom of onderzoeksprestaties.

Dat gaat na 1999 veranderen. Klomp: 'In het nieuwe verdeelmodel liggen de verhoudingen net andersom. Ongeveer 80 procent van het budget wordt toegekend op basis van het aantal eerstejaars en de studenten die ook echt afstuderen. Met afnemende of stabiliserende studentenaantallen betekent dat aanzienlijk minder geld.'

Omdat het onderzoekssinstituut MESA eind vorig jaar niet als landelijke toponderzoeksschool werd erkend moet de UT 6,3 miljoen extra bezuinigen. De overheid wil ten hoogste tien onderzoeksscholen in Nederland uitbouwen tot centra van internationale topkwaliteit. Die topinstituten mogen vijftig miljoen gulden verdelen. Het geld voor deze zogenaamde 'dieptestrategie' is afkomstig van alle universiteiten samen.

Het vastgoedplan vergt zes miljoen extra. Dat komt omdat de Investeringsbijdrage Vastgoed- en Huisvestingskosten (IVH) van het ministerie van OC&W onvoldoende is. Jaarlijks heeft de UT ruim zeventien miljoen gulden voor afschrijving van gebouwen nodig, terwijl de overheid daarvoor slechts 10 miljoen beschikbaar stelt.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.