'Deeltijdhoogleraren zorgen voor vers bloed en nieuwe inzichten'

| Redactie

Deeltijdhoogleraren zijn mannen - of vrouwen - die een paar dagen per week college geven of onderzoek leiden aan de universiteit. De rest van de week werken zij in het bedrijfsleven. Goed voor onderneming en universiteit, zo lijkt het. Toch zijn fulltime-hoogleraren in Amsterdam en Rotterdam niet positief over deze professoren. Ze functioneren niet, gooien er met de pet naar en profiteren van kennis en contacten, wordt er geroepen. Is dat op de UT ook het geval? Dr. ir. Karel Asselbergs, zelf deeltijdhoogleraar economische evaluatie bij de faculteit CT en werkzaam in het bedrijfsleven.

Suzanne Huibers, vindt het allemaal wel meevallen.

'Maak ik gebruik van mijn hoogleraarschap in mijn werk? Natuurlijk. Mijn titel opent deuren die anders gesloten blijven. Zo kom ik gemakkelijker binnen bij de hoogste baas van een bedrijf. Professor voor je naam levert een hoop status op. En als je advies geeft over ondernemingsstrategie, zoals ik doe voor Quester Park, mijn adviesbureau, is dat ook praktisch.

'Ik denk niet dat deeltijdhoogleraren in de technischje sector van de UT gebruik maken van hun positie. In hun bedrijf werken zij eerder in technologische functies en minder direct aan het klantenfront. Bij management consultancies, accountantbureaus of advocatenkantoren ligt dat geheel anders. Voor adviesbureaus als Berenschot, Twijnstra & Gudde, KPMG of Anderson kunnen 'hooggeleerde' consultants eerder voordeel opleveren en de firma status en profiel in de markt geven.

'Maar waar ligt de grens? Natuurlijk is er een heel groot schemergebied. Want fulltimehoogleraren klussen ook bij. Ze doen wat advies-jobs, regelen organisatorische of marketingzaken voor anderen. Dat mag, denk ik, zolang een hoogleraar daar met verstand mee omgaat. Ikzelf probeer met wijsheid het instituut deeltijdhoogleraar te gebruiken.

'Maar ik geloof niet dat hoogleraren van Shell of Unilever nu persoonlijk veel profijt hebben van hun titel. Sommigen zitten hier voor hun baas. Want voor een bedrijf is een deeltijdhoogleraarschap natuurlijk een mooi marketinginstrument. Het levert een bedrijf veel uitstraling op. Ik verwonder me wel hoe zij hun taken aan de universiteit en in het bedrijfsleven kunnen combineren. Zeker als zo'n persoon in de directie zit.

'Zelf heb ik er bij tijd en wijle al moeite mee, en dan ben ik maar voor één dag per week benoemd. Erg vind ik dat niet. Als je een hoogleraarschap aanneemt, doe je dat niet voor niets. Het is toch een soort roeping. Ik wil mijn kennis op een goede manier overbrengen op studenten, ze klaarstomen voor het bedrijfsleven. Nu heb ik voornamelijk met aio's en twaio's te maken, omdat ik te werk ben gesteld voor OSPT, de Onderzoeksschool Procestechnologie, en dan met name de tweede fase ontwerpersopleiding. Er is trouwens veel belangstelling voor mijn vakgebied, de zaal zit elke keer weer vol. Mooi, hoor.

'Een universiteit betaalt een hoogleraar zelf, is mijn voorkeur, en dus niet het bedrijf, zodat elke schijn van belangenverstrengeling opgeheven wordt. Bedrijven mogen daarentegen wel onderzoek financieren. Ik vind dat een universiteit goed moet bedenken wat ze wil. Duidelijk zijn. En daar moeten ze voor willen betalen. Alleen zo houden ze alles in eigen hand.

'Hoogleraar en gepromoveerd zijn, hoeft niet altijd hand in hand te gaan. Een professor kan ook zijn sporen in het bedrijfsleven verdiend hebben. Een mooi voorbeeld daarvan is professor Frits Zuiderweg. Een Delftse hoogleraar, die de suikerschool, een vooroorlogse opleiding voor de suikerindustrie, had gedaan, maar wel een coryfee op distillatie- en absorptiegebied werd. Hij had absoluut briljante ideeën, en werd tenslotte eredoctor aan de UT. Maar over dat promoveren: het helpt alleen bij het begeleiden van aio's, omdat je zelf met dat bijltje gehakt hebt.'

'Deeltijdhoogleraren brengen vers bloed en nieuwe inzichten mee. Universiteiten blinken niet echt uit in dynamiek, dus nieuwe ideeën kunnen ze goed gebruiken. Alles gaat hier langzaam. Onderzoek neemt minstens vijf jaar in beslag. Maar met die bezuiningsdrang vanuit Zoetermeer is het voor te stellen dat alles zo traag gaat. Continu veranderen ze allerlei regeltjes. Als ik dat van collega's hoor, schrik ik ervan. Het enige wat ze doen is regelen en zich aanpassen. Maar of deeltijdhoogleraren goed of slecht zijn, is een ander verhaal. Daar laat ik mij niet over uit. De universiteiten moeten in ieder geval wel selectief zijn in hun aanstellingsbeleid.'

'Wat houdt academische vrijheid tegenwoordig nog in? Het is niet meer dan theorie: iedereen predikt voor eigen parochie. Dat is de tijdgeest. Dat gebeurt niet alleen hier, maar ook in het bedrijfsleven. Alles moet nut hebben, je wordt gevisiteerd, je moet verantwoording afleggen en meer. Je gaat niks negatiefs zeggen over je eigen kluppie. Deeltijdhoogleraren niet, laat staan fulltimers.

'Ik ben vóór deeltijdhoogleraren. Een minimum aan fulltime-professoren is noodzakelijk om de continuïteit te waarborgen. College geven vanuit de praktijk is goed, want de technische universiteit leidt immers studenten op voor het bedrijfsleven. En moet je eens kijken voor hoe weinig geld ze een hoop expertise binnenhalen. Da's toch mooi. En alle partijen profiteren ervan. En zolang zo'n vent het goed doet, is het toch alleen maar prachtig.'

'Of ik Twente een ondernemende universiteit vind? Moeilijke vraag...Het is goed dat Twente zich differentieert. Een universiteit moet een duidelijk smoel, een profiel hebben. Als de kwaliteit van het onderwijs maar voorop staat. Dat wel. Daarnaast is Twente uniek natuurlijk. Vooral de campus. Major-minor, de nieuwe onderwijsvorm is leuk. Maar ondernemend? Nee. Ze maken er wel reclame mee, maar dat betekent niet dat ze het waarmaken. Laten ze maar een braintechpark voor spin-offs opzetten, werkgelegenheid bevorderen, studenten enthousiast maken om voor zichzelf te beginnen en omzet maken met kleine bedrijfjes.'

'Ze doen het wel, maar in geringe mate. Procédé is zo'n voorbeeld, een mooie spin-off van proceskunde met Versteeg en Heesink aan het roer. Daar zouden er meer van moeten zijn. Maar misschien ben ik wel te naïef. Ik zie ze hier in Twente een beetje als verkenners, je weet wel, van die padvinders. 'Wij gaan ondernemer worden.' Ze vergeten dat het keihard bikkelen is. Er is geen pardon. Ondernemen doe je niet even.'

'Ja, heren in grote stoelen hebben dat bedacht. Ze zouden wel even werkgelegenheid creëren. Maar ze hebben nooit zelf met de poten in de modder gestaan. Dat wekt bij mij argwaan.'

streamers

'Die ondernemende

studenten zijn

net padvinders...'

'De UT is uniek,

maar ondernemend?

Ik vind van niet'

'Hoogleraarschap

geeft veel status

en opent deuren'


Karel Asselbergs

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.