Docent dient UT van repliek

| Redactie

(ingezonden brief n.a.v. artikel 'Leerlingen saboteren Broodje Cultuur' in UT Nieuws, nummer 31, donderdag 15 oktober 1998). Wat is het toch heerlijk als je als docent je onderwijs kunt laten aansluiten bij het 'echte' leven. Net nu we in de derde klassen bezig zijn met de begrippen 'subjectief' en 'objectief' in relatie tot teksten, schrijft een UT-Nieuws verslaggever het stuk 'Leerlingen saboter

(ingezonden brief n.a.v. artikel 'Leerlingen saboteren Broodje Cultuur' in UT Nieuws, nummer 31, donderdag 15 oktober 1998).

Wat is het toch heerlijk als je als docent je onderwijs kunt laten aansluiten bij het 'echte' leven. Net nu we in de derde klassen bezig zijn met de begrippen 'subjectief' en 'objectief' in relatie tot teksten, schrijft een UT-Nieuws verslaggever het stuk 'Leerlingen saboteren Broodje Cultuur' in het UT Nieuws. Mijn leerlingen waren erbij en zij begrepen na lezing van het artikel precies wat ik bedoelde met subjectief. Ze vonden het trouwens nog feitelijk onjuist ook.

De verslaggever is van mening dat de voorstelling 'Meisje Niemand' van Wiske Sterringa (Broodje Cultuur, maandag 11 oktober) gesaboteerd is door rumoerige leerlingen van het Jacobuscollege. De meegekomen leraren schitteren door 'afzijdigheid' en zijn na de voorstelling 'sneller weg dan hun leerlingen' omdat ze 'de bui al voelen hangen'. Hannah de Vries, directeur van het Cultuurcentrum, die door de verslaggever wordt geciteerd, meldt nog dat sommige leerlingen tijdens de voorstelling binnenkwamen en dat zijzelf na één minuut de zaal verlaten had, omdat ze anders 'was gaan gillen'. Op de vraag of zij zich daarmee als een 'slechte kapitein' had gedragen, komt helaas geen antwoord.

Welnu, dat antwoord is bevestigend. De organisatie van Broodje Cultuur was dermate slecht dat het een wonder mag heten dat Sterringa na afloop nog tevreden kon opmerken dat 'het stuk de meeste leerlingen zowaar pakte'.

Bij de voorbereiding hadden wij, begeleidende docenten, ons al afgevraagd of een toneelmonoloog niet wat te intiem was voor een groep van 120 vijftien-jarigen. Els Zeilstra, organisatrice van Jongkunst, en Hannah de Vries zagen geen bezwaar. Verkeerde inschatting dus. Erger was, dat de voorstelling voor de leerlingen die achterin de zaal zaten, zeer slecht te verstaan was. Na precies drie minuten stond ondergetekende al boven in de regie-kamer om te vragen of er een microfoon geplaatst kon worden. Helaas, de mensen die daar verstand van hadden waren niet aanwezig. Tweede foutje. Dat leerlingen tijdens de voorstelling nog naar binnen konden was ook niet erg handig bedacht. Onze leerlingen wisten dat ze er niet meer in konden als ze te laat waren en als gevolg daarvan als absent zouden worden genoteerd. Een groepje dat de weg was kwijtgeraakt kon echter toch de zaal nog in omdat er niemand van de organisatie bij de deur stond. Derde foutje. Wiske Sterringa was kennelijk door de organisatie niet voorbereid op welk soort publiek haar te wachten stond. Elke artiest weet dat het publiek per voorstelling kan verschillen en dat je daar op in moet spelen. Sterringadeed dat niet. Jammer, want onze leerlingen waren goed voorbereid en de meesten zeer welwillend.

Wat de verslaggever betreft is het wellicht verstandig als hij/zij de volgende keer goed kijkt, voor hij/zij iets opschrijft. De 'afzijdige' leraren liepen met zes man rond om opkomend rumoer direct de kop in te drukken. Dat 120 pubers desondanks een 'achtergrondruis' veroorzaken is natuurlijk niet te voorkomen. En dat wij, begeleidende leraren, eerder weg waren dan onze leerlingen is een pertinente leugen. Ondergetekende heeft, samen met twee collega's, het licht in de Vrijhof uitgedaan. Van de organisatie was toen al lang niemand meer aanwezig. Hannah de Vries was tenslotte na één minuut al vertrokken. Ze zag de bui zeker al hangen.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.