Studenten die in het buitenland willen studeren, stagelopen of afstuderen moeten zich bij het International Office van de UT melden. Daarmee kunnen ze een hoop problemen voorkomen. Dat was de belangrijkste uitkomst van het discussie-uurtje, afgelopen dinsdagmiddag in het Theatercafé, over studeren en stagelopen in het buitenland.
Vooral studenten die pionieren komen al snel in problemen met de bureaucratie op de UT. Faculteiten zijn over het algemeen terughoudend in het toekennen van studiepunten als ze het niveau van de colleges aan een buitenlandse universiteit, of de kwaliteit van een stage of afstudeeropdracht, niet goed vast kunnen stellen. Frits Spoek, hoofd International Office, denkt dat hij die problemen op kan lossen. Spoek kan naar eigen zeggen gebruik maken van een uitgebreid international netwerk. 'Maar dan moeten studenten en docenten wel bij ons komen. Heel vaak weten wij niet wat er op de faculteiten speelt.'
Rector Frans van Vught raadde studenten aan te kiezen voor een buitenlandse universiteit waar de UT al mee samenwerkt. 'Wij zitten bijvoorbeeld in het Europees netwerk voor ondernemende universiteiten. Studenten die dat willen kunnen zo naar Finland, Noorwegen, Engeland, Spanje, Duitsland of Portugal.'
De UT wil dat 50 procent van al haar studenten een paar maanden in het buitenland doorbrengen. Onder andere door de temponorm en prestatiebeurs ligt dat percentage nu rond de 25 procent. Volgens Van Vught is er een goede kans dat onderwijsminister Hermans het regime van de studiefinancierings gaat versoepelen. 'Misschien kan in de toekomst de beurs tussentijds stopgezet worden. Dat geeft studenten meer ruimte om naar het buitenland te gaan.' Het is niet bekend of de UT studenten, die hun beurs stopzetten omdat ze in het buitenland gaan studeren, financieel gaat compenseren.
