Studenten besteden steeds minder tijd aan hun studie. Dat is geen trend van vandaag of gisteren. De daling zette al zeker twintig jaar geleden in.
Dat blijkt uit het jaarlijkse rapport van het Sociaal en Cultureel Planbureau 1998. In 1975 besteedden studenten gemiddeld bijna 35 uur per week aan hun studie, meldt het rapport. In 1995 is dat nog maar 27 uur. Aan bijbaantjes zijn studenten daarentegen steeds meer tijd kwijt: vijf uur per week in 1975, negen uur in 1995.
Deze trends zijn eerder door andere onderzoekers aan het licht gebracht. Als verklaring wordt vaak het beleid van voormalig minister Ritzen aangevoerd. Die verlaagde keer op keer de beurs. Omdat studenten hun studiegeld liever niet lenen, nemen ze steeds vaker een bijbaantje. En dat gaat ten koste van de tijd die aan studie gewijd wordt.
De SCP-cijfers tonen echter aan dat dit niet meer dan een deel van de verklaring kan zijn. De trends blijken zich al lang voordat Ritzen aantrad voor te doen. Bovendien betekent minder tijd voor studie niet automatisch meer tijd voor een baantje. Studenten lijken simpelweg luier geworden te zijn.
De luiste studenten zijn volgens de SCP-cijfers overigens die uit 1980. Die kwamen met studie en werk opgeteld tot niet meer dan een 34-urige werkweek.