Meer openheid over seks en relatie helpt 'minderheden' uit isolement

| Redactie

Meer openheid over seksualiteit? Op de campus? Is dat nog nodig dan? Met het power feminisme, ruim tachtig jaar homobeweging, en de zoveelste seksuele revolutie zou je denken dat iedereen, overal, open, over liefde, relaties en seks praat. Niet dus. Tijdens het eind april op de UT gehouden symposium 'Sex in Twente' bleek dat meisje, homo of bi-zijn leuk is en interessant, maar ook wel héél, héél anders.

Sijas Akkerman

Op de campus domineren de mannen, de hetero-mannen wel te verstaan. Met hun blonde-dame-posters, twee dimensionale seks op het campusnet, onvriendelijke opmerkingen richting 'the babes' en ideeën over hoe het moet tussen mannen en vrouwen, zetten ze de toon. Vrouwen zijn in de minderheid. Niet-hetero's ook. En minderheden dienen zich nog altijd te conformeren aan de wensen en de verwachtingen van de meerderheid. Lastig als je homo bent en je huisgenoten voortdurend aan je vragen wanneer die ene vriendin nou eindelijk blijft slapen. Gênant als de mannen uit je projectgroep alleen geïnteresseerd zijn in je liefdesleven. 'Als ik iets zeg in de groep wat niet met mijn project te maken heeft, beginnen ze meteen over mijn vriend. Alsof ik, sinds ik hem ken, nog maar over één onderwerp kan praten!' vertelt een studente.

Niet dat homo's, bi's of meisjes op de campus echt gediscrimineerd worden. Uit de kast komen levert hooguit reacties op in de trend van: 'Had dat eerder gezegd, joh.' Een emancipatoire opmerking tijdens de vergadering van de projectgroep oogst begrip: 'Tuurlijk halen wij mannen toch gewoon de koffie.' En als het er op aan komt 'loop je als vrouw zo over al die bleue jongetjes heen.' Nee, strijd hoeft er niet meer geleverd te worden. Van je vrouw zijn moet je gebruik maken. Een biseksuele man of vrouw heeft twee keer zoveel keuze. En homo-zijn is gewoon leuk.

Anders

Maar minderheden blijven wel opvallen. Vertel je aan een groep dat je homo of bi bent, dan word je ineens anders. En meisjes zijn in een mannenmaatschappij sowieso extra zichtbaar. Al was het alleen al omdat ze er toevallig anders uitzien.

Voor minderheidsgroepen staan volgens Helma Vlas (Bureau Emancipatie) twee wegen open. Je kunt, zo stelt ze, je eigen kenmerk ontkennen en je aanpassen aan de meerderheid. Je maakt je dan zo veel mogelijk onzichtbaar. Met als gevolg dat je niet voor 100 procent maar toch zeker voor 75 procent bij de groep hoort. Daar staat tegenover dat je een stukje van je identiteit verloochent: je kunt nooit helemaal jezelf zijn. Bovendien moet je jezelf wel eerst bewijzen. Minstens net zoveel bier drinken als de jongens, ze te slim af zijn en met stoer gepraat niet voor ze onder doen. Dat je anders bent kun je ook juist wél tot uitdrukking laten komen. Je bent in de groep dan duidelijk zichtbaar.

Vlas kent vier stereotype rolpatronen waar vrouwen, die voor deze tweede weg kiezen, vaak in terecht komen. De herkenbaarste is die van de 'studente als moeder'. Alle flatgenoten komen bij haar uithuilen, ze regelt de flathuishouding en bewaart de lieve vrede.

De tweede is het meisje als seksobject. Leuk om naar te kijken en al helemaal leuk kom er vrouwonvriendelijke opmerkingen over te maken. Maar verder niet om al te serieus te nemen.

De enige vrouw in studentenhuis of projectgroep wordt ook vaak als mascottegebruikt. Je bent niet echt iemand van de groep, maar je mag wel meedoen en staat volop in de belangstelling. Het straalt van de jongens af: 'Kijk ons eens goed omgaan met ons meisje.'

En natuurlijk is er de militante meid. Geëmancipeerd als ze is weigert ze aan de standaard verwachtingen te voldoen die jongens van meisjes hebben. Gevolg: ze wordt genegeerd en bij bepaalde gelegenheden zelfs buiten de groep geplaatst.

Om zulke vervelende situaties te voorkomen of te doorbreken moeten mensen zich in de eerste plaats bewust zijn van hun eigen houding. Openheid, bereidheid om met elkaar te praten en het bewust accepteren en benutten van de diversiteit van de groep zijn manieren om tot meer wederzijds begrip te komen.

Seks

Maar er is nog een belangrijke reden waarop homo's, bi's en meisjes zich op de campus niet lekker voelen. 'Mensen hebben andere mensen nodig waarin ze zichzelf kunnen herkennen', vertelt Han Brinkman, seksuoloog bij het RIAGG in Enschede. 'Je moet jezelf kunnen spiegelen. Met vrienden over je gevoelens kunnen praten en er achter komen dat het helemaal niet zo gek is dat je én op mannen én op vrouwen valt? Merken dat er ook jongens zijn die niet alleen over meisjes praten. Ontdekken dat seksualiteit niet per definitie hetzelfde is als gemeenschap hebben. Jezelf reflecteren in anderen om er zo achter te komen wie je precies bent. Klopt het een beetje wat ik voel. Mensen hebben gelijkgestemde zielen nodig. Ben je homo, bi of meisje op een door hetero-mannen gedomineerde campus, dan zijn mensen met dezelfde ideeën waarschijnlijk moeilijk te vinden.'

Mannen hebben namelijk nog steeds een hele andere opvatting over seksualiteit dan vrouwen, vertelt Brinkman. 'Mannen heten competitief, agressief en moeten presteren. Vrouwen zouden kwetsbaar, teder, invoelend en lief zijn. Die ideeën hebben ook gevolgen voor de manier waarop mannen en vrouwen seksualiteit ervaren. Mannen verlangen naar gemeenschap. Voor vrouwen heeft seks in de eerste plaats te maken met intimiteit en knuffelen.'

'Jongens doen daardoor vaak erg macho over seksualiteit', denkt Lisette Harting van de SRD werkgroep HoBiHe. 'Meisjes of homo's krijgen zo het gevoel dat ze niet serieus worden genomen. Soms voelen ze zich zelfs geïntimideerd. Als jongens open en serieus over seks en relaties zouden praten, zou dat al veel oplossen.'

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.