'Gewoon, dragen wat je leuk vindt!'

| Redactie

De lente is nog niet merkbaar begonnen, maar de bladen staan al vol met de nieuwe zomermode. Tot en met de zaterdagbijlage van de Volkskrant toe. Stoer, sportief, pastel, de modemakers schrijven ons weer voor waar we onze kledingkast mee moeten volhangen. Iman Jeroen Koppelman, student modevormgeving aan de AKI, over de flitsende wereld van mode en trends.

Een nieuwe mode komt niet uit de lucht vallen. 'Ik probeer eerst een beeld te krijgen van de toekomst', legt Koppelman uit. 'Wat is belangrijk voor de mensen? Wat zullen de nieuwe trends worden? Hoe zal de maatschappij veranderen?' Hij laat wat plaatjes uit tijdschriften zien. Industrie, steden, staal, parkeergarages, olievlekken en een foto van New York bij nacht.

Koppelman: 'Ik knip plaatjes uit en maak daarvan een beeldverhaal. In deze collectie staat industriële vormgeving centraal. Dat betekent stoere kleding, glans, zilver en power. Denk maar aan 'Girl Power' van de Spice Girls. Vrouwen worden stoer, sterk en erg mannelijk. Mannen raken daardoor in de war.'

De volgende stap is het experimenteren met materialen. Koppelman toont jeans in allerlei kleuren, stoffen voor werkkleding, stevig materiaal. Ook de ouderwetse trainingspakkenstof is weer in. Pas als hij stoffen heeft uitgekozen, gaat hij ontwerpen.

Hij heeft net een broek af, een zwarte jeans met oranje vlakken aan de zijkanten, afgewerkt met oranje stiksels. 'Een variant op een werkmansbroek. Heel stoer.'

De AKI-student, gekleed in felle kleuren, schoenen met dikke zolen aan zijn voeten en een jaren zestig bril op zijn hoofd, ziet er wel heel apart uit. Is wat hij draagt nu in de mode? De meeste studenten die op de campus rondlopen zien er toch wel anders uit.

Koppelman: 'UT-studenten denken niet over kleding na, dacht ik eerst, maar dat is toch niet waar. Toen ik wat beter keek viel me op dat er hier een heel strenge kledingcode geldt. Veel spijkerbroeken met daarop een trui of een overhemd. Iedereen ziet er hetzelfde uit. Let maar op. UT-studenten hebben of nette schoenen aan, zoals brogues, of kisten. Die groep met nette schoenen draagt vaak een overhemd en heeft kortgeknipt haar. De andere groep kleedt zich alternatiever. Vaak dragen zij een T-shirt met lange mouwen en hebben ze lang haar. Bij wat voor 'n groep ze ook horen, iedereen draagt een spijkerbroek!

'Vrouwen kleden zich ook allemaal gelijk. Je ziet hier veel wijde kleding. Dat vind ik echt jammer. Ze moeten hun vrouwelijkheid niet verstoppen maar juist laten zien.' Vrouwelijke AKI-studenten dossen zich allemaal opvallend uit. Veel strakke kleding en korte truitjes. Waarom dragen UT-studentes dat soort kleren eigenlijk niet? Heeft dat met de cultuur te maken? Misschien zijn vrouwen bang om bevoordeeld te worden omdat ze vrouw zijn en er leuk uitzien?

'Ik vind dat wel erg ouderwets. Dat is toch iets van voor onze tijd. Mannen en vrouwen zijn nu steeds meer gelijk,' zegt Koppelman verontwaardigd. Hij denkt dat gebruikmaken van het vrouw-zijn dezelfde negatieve klank heeft als het woord misbruiken. Emancipatie is iets van de vorige generatie, zegt hij.

Koppelman vindt dat UT-studenten wat meer moeten durven. 'Gewoon dragen wat je leuk vindt. Laat je eens lekker gaan! Ik zou het ook leuk vinden als er meer sportschoenen gedragen zouden worden. Maar, ja ik ben een sneakerfan, dus wel wat bevooroordeeld.'

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.