Een paar jaar gelden werd in Amerika een omvangrijk boek uitgegeven met de titel Ethics on Wallstreet. Wie het luxe en duur uitgevoerde foliant kocht en vervolgens opensloeg, ontdekte honderden maagdelijk witte bladzijden. De boodschap was duidelijk: op Wallstreet is ethiek louter een cosmetisch laagje dat de op de beursvloer heersende strijd van allen tegen allen aan het oog onttrekt.
Maar dat is Amerika. In Nederland zijn we wat minder cynisch. Hier hebben we een fatsoenlijk Rijnlandmodel en vreest zelfs de VVD - toch een partij met een groot rijk en rechts georiënteerd electoraat - voor haar sociale gezicht. Veel serieuze bedrijven geven elk jaar een milieuverslag uit en hebben een ethische code die alle werknemers 'van het management tot de werkvloer' wel ergens in een bureaula of achterhoofd hebben opgeslagen.
IntegriteitZelfs Shell, Neerlands zondebok bij uitstek, rept tegenwoordig in zijn mission statement van 'respect voor mensen, eerlijkheid en integriteit' en topman Herkströter verschijnt bijna maandelijks op de televisie om publiekelijk verantwoording af te leggen voor de gedragingen van zijn door 'technologische arrogantie' blind geworden concern.
Ondertussen ziet minister Wijers voldoende redenen om een strafrechtelijk onderzoek in te stellen naar mogelijke prijsafspraken waarmee hetzelfde Shell, samen met ander oliemaatschappijen, de benzineprijs kunstmatig hoog houdt. Dus toch botte nettowinst in plaats van eerlijkheid en integriteit?
Tsjalling Swierstra, door WMW als ethiekdocent uitgeleend aan M&T, erkent het gevaar van bedrijfsethiek als een door de afdeling externe betrekkingen glimmend opgepoetste lege huls. 'Maar zodra een bedrijf verkondigt dat het een ethische code heeft of de zorg voor het milieu belangrijk vindt, waagt het zich op glad ijs. Actiegroepen kunnen de onderneming toetsen. De uitkomst van die toetsing en de daaropvolgende discussie heb je als organisatie nooit helemaal in de hand. Je kunt dus maar beter eerlijk zijn, want de beste PR is nog altijd de PR waar je zelf in gelooft.'
BoycotHoe kon bedrijfsethiek zo'n breed gedragen fenomeen worden? Swierstra: 'Er is in Nederland veel veranderd. Vroeger bepaalden dominee en pastoor wat goed of fout was. Moderne burgers doen dat zelf. En daar stoppen ze niet mee zodra ze de poorten van hun fabriek of bedrijf binnenlopen. Nog niet zo lang geleden gaf de directeur simpelweg bevelen. Tegenwoordig heeft de manager bijna een dagtaak aan het overtuigen en motiveren van zijn mensen.
'De burger accepteert geen opgelegde regels meer, maar laat zich alleen nog door redelijke argumenten overtuigen. Bovendien is de consument veel mondiger en kritischer geworden. Zeker in Amerika is het heel gewoon om geen producten van bedrijven te kopen die het milieu vervuilen of dieweigeren gehandicapten of vrouwen in dienst te nemen. Dit type consumentenboycot lijkt ook in Europa steeds belangrijker te worden.'
Ook de invloed van de massamedia neemt volgens Swierstra toe. 'Toen Colijn nog minister-president was zei hij tegen het volk: 'Gaat u allen rustig slapen.' Vandaag de dag wordt Kok op vrijdagavond na de minsterraad door een journalist stevig aan de tand gevoeld over of hij het land wel goed bestuurt. En voordat je het weet zit je als bedrijf bij Sonja Barend uit te leggen waarom je zonodig gas uit de Waddenzee denkt te moeten halen.'
Goed of foutWie bij Swierstra een college bedrijfsethiek gaat volgen zal niet zo gauw van hem horen wat goed of fout is. 'Het is de bedoeling dat studenten het biografische niveau van "Ik vind dit en Ik vind dat overstijgen". Bedrijfskundigen moeten morele keuzen leren herkennen. Beslissingen die ondernemingen nemen, hebben nooit alleen maar een effect op het management, de logistiek of het rendement. Het is belangrijk dat een manager alle aspecten van een mogelijke keuze onderzoekt, de voors en de tegens zorgvuldig afweegt en vervolgens ook verantwoording aflegt aan zijn werknemers en de samenleving.
'In de maatschappij is een enorm reservoir aan gedeelde normen en waarden aanwezig waar ook een bedrijf zich aan heeft te houden. Die normen en waarden blijven gelden ook als bijvoorbeeld een overheid zich terugtrekt. Regelt de politiek minder dan neemt de burger zelf een grotere verantwoordelijkheid. Vandaar dat de linkse waarden in de huidige rechtse tijd, waar de vrije markt vrij baan krijgt, weer meer opgeld doen.'
Een zorgvuldige verantwoording en afweging van de argumenten is belangrijker dan een simpele uitspraak over wat wel en wat niet kan. Maar hoe zit het met Shell in Nigeria? Blijft dat niet gewoon fout? 'Nee, dat hoeft niet per se. Natuurlijk is het daar nog steeds een rotzooi. Maar door het voorzichtig gebruiken van macht en het aanwenden van stille diplomatie kan Shell misschien in de loop der jaren iets goeds tot stand brengen. Het concern kan in Nigeria de rol van burgemeester in oorlogstijd spelen.'
Dus Greenpeace heeft ongelijk wanneer ze het vertrek van Shell eist? 'Het is goed dat er organisaties zijn die voortdurend de vinger aan de pols houden. Shell moet met hen in dialoog blijven en open zijn over wat ze wel en niet bereiken. Blijkt over twee jaar dat de situatie niet voldoende is veranderd, dan moeten ze alsnog vertrekken. Anders zouden ze zich schuldig maken aan grof opportunisme.'
Nigeriaan demonstreert in Londen tegen de aanwezigheid van Shell in zijn moederland