Waarom TO een typische vrouwenstudie is? Omdat het een sociale studie is, zeggen ze bij studievereniging TObias. 'Omdat een duidelijke associatie met de sociale wetenschappen bestaat', zegt universitair docent Ellen van den Berg. 'Ik weet niet waarom wij een groot aantal damesstudenten hebben, ik kan daar slechts naar gissen', zegt decaan Jules Pieters.
Moet de faculteit beleid voeren om meer vrouwelijk wetenschappelijk personeel aan te stellen? 'Nee', vindt een vrouwelijk bestuurslid van TObias. 'Als mensen geen zin hebben, moeten ze het niet doen.' Een mannelijke collega: 'Het personeelsbeleid zal toch wel bij gelijke geschiktheid de voorkeur aan een vrouw geven.' Ze bezweren dat de TO-cultuur geen belemmering vormt voor vrouwen.
Decaan Pieters kiest voor 'zelfregulering'. 'Zoals het nu gaat, lijkt het er op dat het aanbod van geschikte vrouwen steeds groter wordt. Mijn bezorgdheid is niet zo groot dat ik duidelijk wil sturen. Dat zou nadelig kunnen zijn voor de kwaliteit van de organisatie.'
Universitair docent Van den Berg is 'dubbelhartig': 'Ik denk dat de decaan de situatie niet af kan doen met "daar voer ik geen beleid op". Vooral vanwege de voorbeeldfunctie naar studenten toe mag hij zich toch best eens achter de oren krabben en zich afvragen waarom er zo weinig vrouwen in de wetenschappelijke staf zitten. Ik denk zeker dat je als universiteit ook een voortrekkersrol moet spelen.'
Maar ze zou nooit benoemd willen worden vanwege een voorkeursbeleid. Vrouwen zouden wel meer gestimuleerd kunnen worden. Zelf heeft ze een vrouwelijke collega overgehaald te solliciteren naar een UD-plaats. Het zelfbeeld van vrouwen is minder positief, constateert ze. 'Mannen hebben veel meer een beeld van "dat kan ik wel", en als ze dat maar vaak genoeg herhalen, gaan anderen het ook geloven. Vrouwen aarzelen, twijfelen eerder aan hun eigen kunnen. Ze verwachten dat ze worden gevraagd, zullen niet pushen.'
Onder de aio's zijn vrouwen nog ruim in de meerderheid bij TO. Daarna, stelt Pieters, spelen 'sociologische factoren' hen parten. 'Dan komen er kinderen om de hoek kijken en trekken vrouwen zich even terug van de arbeidsmarkt.' Pieters' vrouw zorgt fulltime voor hun twee kinderen, Van den Berg woont samen met een vrouw en heeft geen kinderen.
De universitaire cultuur wordt gedomineerd door de 'mannen-norm' die stelt dat wetenschap een absolute, ononderbroken en fulltime toewijding vereist. Dus leggen zorgende vrouwen het qua past performance af tegen hun mannelijke collega's.
'Deze faculteit kent een overschot aan heel traditionele mannen', zegt Van den Berg. 'Een tijdje geleden is er voor het eerst een universitair hoofddocent geweest die ouderschapsverlof heeft opgenomen. En het is toch gewoon goed gekomen met zijn carrière!'
Daarnaast constateert ze dat vrouwen vaak kiezen voor een gevarieerd takenpakket. 'Dat is plezierig, maar niet goed voor je carrière. Mannen denken op jongere leeftijd na over hun loopbaan en focussen zich sneller op datgene wat nodig is om hun doel te bereiken. Ik denk ook dat mannen beter een keuze kunnen maken. Vrouwen tutten wat meer.' Aan de ander kant: 'Op mij ligt niet zo'n druk als op mannelijke collega's. Van hen verwachtde buitenwereld eerder dat ze carrière maken.'
Van den Berg illustreert veel van haar eigen betoog met haar antwoord op de vraag of ze hoogleraar zou willen worden: 'Een hoogleraar heeft het voor het zeggen, daar hou ik wel van. Maar het is ook een hondenbaan, die veel privétijd vergt. Ik denk dat je het niet wordt als je er niet heel duidelijk voor kiest. Maar aan die keuze ben ik op dit moment nog niet toe.' En voorlopig vindt ze zichzelf ook nog niet gekwalificeerd.
Betty Collis, de enige vrouwelijke hoofddocent en sinds kort voor tweetiende hoogleraar, is natuurlijk wel héél erg goed. Die heeft een publicatielijst waar mannelijke collega's diep in hun hart jaloers op zijn, zegt Van den Berg. 'Toch wel een indicatie dat vrouwen extra moeten presteren.'