Het programma in het Concertgebouw is afgestemd op de pinguïn. Het Celloconcert in C van Joseph Haydn. Dit is klassieke muziek voor mensen die niet van klassieke muziek houden. Bleek, vlak en karakterloos. Niemand die erdoor geraakt wordt, dus ook niemand die zich eraan zal storen. Perfect vulsel. Als je tafeltje wiebelt leg je er een bierviltje onder; als de gasten van de koningin rustig gehouden moeten worden speel je het werk van Haydn.
Na Haydn volgt een Celloconcert van Antonín Dvorák. Dit werk is duidelijk expressiever. Vanavond geeft het de verdwaalde enkeling die wel van klassieke muziek houdt na afloop een mooie gelegenheid zijn kennis te etaleren. De voorlichters van de PvdA hebben er een logopedist voor nodig gehad, maar hun Wallage is dan toch mooi even de enige die in het oog van de camera de naam Dvorák durft uit te spreken. Foutloos, dus nu weet de cultuurliefhebber weer op wie hij bij de volgende verkiezingen kan stemmen.
Centraal in het programma staat de cellist Mstislav Rostropovitsj. Wij kennen hem als een groot pleitbezorger van de hedendaagse klassieke muziek. Tal van levende Russische componisten heeft hij voor het Westerse voetlicht gebracht. In 1992 nog, in Amsterdam, was hij de man achter de opvoering van de opera 'Life with an idiot' van Alfred Schnittke. Beatrix was hierbij aanwezig. Schnittke heeft ook eens een celloconcert speciaal voor Rostropovitsj geschreven. Uitvoering van dit werk zou een veel oprechter en eigentijdser geschenk voor de vorstin zijn geweest. Weliswaar had menig pinguïn z'n vleugels dan stijf over de oren geslagen, maar ach, wie niet van klassieke muziek houdt moet ook niet naar het Concertgebouw gaan.
Ik ga wel naar het Concertgebouw. De volgende dag. Het Asko Ensemble brengt er Hoketus van Louis Andriessen ten gehore. Een schriller contrast met het voorafgaande is niet denkbaar. Het publiek wordt uitgenodigd om op matjes op de vloer tussen de ensembleleden plaats te nemen. Ik zit daar midden tussen bongo's, sluit mijn ogen, wordt meegedragen door de razendsnelle ritmes, en opeens herken ik het weer. Deze percussie klinkt als het snavelgeklepper van de pinguïnkolonie in het broedseizoen.