Wie als man wil praten over emancipatie krijgt in het WB-gebouw amper voet aan de grond. Hij ontmoet er slechts glazige ogen en achterdocht.
Zo is het als 'buitenstaander', om begrijpelijke redenen, erg moeilijk om het telefoonnummer van een studente te krijgen. De zoektocht naar het telefoonnummer van Petra Jalink is exemplarisch. Omdat ze een interessante overstap maakte, van TBK naar WB, lijkt zij een goede gesprekspartner voor het onderwerp in kwestie.
Al bij de centrale, 489 9111, staat het schaamrood op de kaken. De dienst tikt geen naam in en kijkt niets na. In plaats daarvan worden tegenvragen gesteld over de achtergronden van alle aandacht voor deze speciale studente. Een jongeman die met een hem onbekend WB-meisje wil praten over emancipatie, dat komt blijkbaar niet geloofwaardig over.
Uiteindelijk verbindt de aardige mevrouw (dat zeker), door naar de Centrale Studentenadministratie (CSA). Dit gesprek verloopt zo mogelijk nog moeizamer. Ook deze dienst geeft geen telefoonnummers van WB-studentes door. De samenvattende conclusie luidt als volgt: 'U zegt dat u voor UT Nieuws werkt, maar u belt van buiten. En u wilt het telefoonnummer van een studente die Werktuigbouwkunde studeert. Ik vind het heel onaardig maar misschien moet u toch even proberen bij BOZ van WB. Straks hebben wij het weer gedaan.'
H. Kroezen, hoofd BOZ bij WB, vindt het verhaal erg sneu. Wil iemand eindelijk een leuk stukje schrijven over 'emancipatie in het WB-gebouw', gebeurt dit. Hij gelooft de inmiddels stotterende beller en geeft het nummer af.
Kroezen: 'We zijn inderdaad terughoudend met het verstrekken van telefoonnummers van studentes. We leven hier toch in een jongensmaatschappij. Het aantal meisjes is klein in getal, en waar de honing is... Je kunt er niet omheen: de meisjes zijn kwetsbaarder.'
Ondanks de gedane moeite staat Petra Jalink niet te trappelen om een diepte-interview over emancipatie. Ze studeert 'gewoon' en werkt in verschillende projecten 'toevallig' samen met een paar andere meiden. Volgens haar is daar weinig bijzonders aan. Mannelijke én vrouwelijke studenten helpen elkaar wanneer dat nodig is. De één is op het ene onderdeel beter, de ander op het andere. Ze heeft nergens last van, al is het wel gemakkelijk om een goede studente te zijn. 'Het is prettig om soms te kunnen zeggen: ik kan het zelf.'
Drs. Marieke Rinket, stagecoördinator bij CT&M, ziet ook weinig heil in het emancipatie-onderwerp. Het aantal vrouwen dat CT&M studeert vindt ze 'behoorlijk': 424 zijn man, 74 vrouw. Uit een paar goede gesprekken met CT&M-meiden ('een onderzoek kun je het nauwelijks noemen') kwam duidelijk naar voren dat de zij geen speciale aandacht hoeven. Ze ervaren de stages op dezelfde manier als de jongens, niet moeilijker en niet gemakkelijker.
De jonge studierichting heeft succes met het aantrekken van vrouwelijke studenten. Maar opleidingsdirecteur drs. Godfried van Lieshout pretendeert geenszins de waarheid omtrent emancipatie in pacht te hebben. 'CT&M is een mengsel van techniek met een behoorlijke dosis niet puur technische zaken. Dat schijnt vrouwen wel aan te spreken. Alles wat ik er meer over zou zeggen hoort wat mij betreft tot de categorie borrelpraat.'
Van Lieshout weet niet eens of CT&M wel zo veel meer vrouwen trekt danandere technische studierichtingen. Het zijn er inderdaad meer dan bij EL, maar of hetzelfde geldt voor CT weet hij niet zeker, en hij heeft het ook nog nooit nagetrokken.
Het is als bij de studievereniging ConcepT. Juist vandaag vindt daar de bestuurswisseling plaats. De samenstelling verandert drastisch. Voor de drie meiden die in het bestuur zitten, waaronder de voorzitter, komt volgend jaar niet één dame terug.
ConcepT-secretaris Koen Fleuren vond het gemengde bestuur wel gezellig maar ziet niet tegen het komende jaar op. Fleuren: 'Een vrouw erbij was leuker geweest. Maar er heeft zich niemand aangemeld, dus wat kunnen wij anders? Met zes mannen gaan we misschien wat vaker een pilsje drinken.'
Van Lieshout: 'De nieuwe bestuurssamenstelling wordt bij ons net zo doodnormaal gevonden als de oude. Ik kan kort zijn. Er lopen hier flink wat vrouwen rond en dat maakt het gezellig. We gaan niets speciaals voor ze organiseren. Daar zijn het er gewoon te veel voor. Emancipatie is hier geen issue.'