Bio-olie in twee seconden

| Redactie

De Biomass Technology Group (BTG), in 1987 de eerste technologische UT-spin-off, bouwt in Hengelo een nieuwe fabriek voor het maken van olie uit biomassa. Als enige bedrijf ter wereld kan BTG dan continu grote hoeveelheden bio-olie produceren. Deze zogenaamde pyrolyse-olie is geschikt voor de industrie. Voordat het als brandstof voor auto's kan worden gebruikt, zijn we minimaal vijf tot tien jaar verder.

Gerhard Muggen (links) en René Venendaal bij de pyrolyse-installatie in het laboratorium van BTG op het Business & Science Park. Foto: Gijs van Ouwerkerk
Gerhard Muggen (links) en René Venendaal bij de pyrolyse-installatie in het laboratorium van BTG op het Business & Science Park. Foto: Gijs van Ouwerkerk

In de nieuwe fabriek kan BTG veertig soorten biomassa - houtsnippers, slib, kippenmest, maïsstengels - omzetten in olie. `Eigenlijk alles wat organisch is', legt directeur René Venendaal uit, waarbij hij benadrukt dat BTG geen gewassen gebruikt die aan de voedselketen worden onttrokken. `Hout heeft het hoogste rendement en het is ook de bedoeling dat de nieuwe fabriek vooral op hout gestookt wordt. Een ton hout, levert zevenhonderd kilo olie op; dat is een rendement van 70 procent. Als je alles goed isoleert, kun je met de restwarmte erbij zelfs op een rendement uitkomen van boven de negentig procent.'

Om die olie te verkrijgen, moet de biomassa in een reactor worden verwarmd tot 500 ºC. In de reactor wordt een oliedamp gemaakt. Door vervolgens deze damp af te koelen, wordt de olie geproduceerd. Die techniek heet pyrolyse, het product pyrolyse-olie. Venendaal: `Eigenlijk bootsen we de Aarde na. Alleen heeft de Aarde miljoenen jaren gedaan over de productie van aardolie; wij doen het in twee seconden.'

De techniek is niet nieuw. `Er wordt al vijftien tot twintig jaar onderzoek naar gedaan', vertelt Venendaal. `We denken dat de markt er nu rijp voor is. Wat ons uniek maakt, is dat wij als enige onderneming op grote schaal continu en snel vaten olie kunnen leveren. In pyrolyse-olie zijn we wereldleider. In onze nieuwe fabriek kunnen we vijf ton droge biomassa per uur verwerken. Dat levert 3500 liter olie op.' De fabriek moet medio 2010 de eerste vaten produceren.

Het bedrijf, gevestigd op het Business & Science Park in Enschede, was volgens Venendaal de eerste technologische spin-off van de UT. Daarvoor was het een kleine onderneming binnen de vakgroep van hoogleraar Wim van Swaaij. Nog steeds komen uit deze groep veel afstudeerders en stagiairs bij BTG terecht. Het bedrijf telt inmiddels dertig werknemers, onder wie verschillende UT-alumni.

Venendaal is er daar zelf ook een van. De directeur studeerde in 1991 af bij chemische technologie en werkt sindsdien voor BTG, de laatste acht jaar bovendien in de directie. Zijn collega Gerhard Muggen heeft geen UT-verleden op zijn CV staan. Hij kwam afgelopen jaar over van Stork Thermeq om leiding te geven aan BTG BioLiquids, de dochteronderneming die is opgericht om de pyrolyse-activiteiten te commercialiseren.

Muggen legt uit voor welke toepassingen pyrolyse-olie kan worden gebruikt. `Het is erg geschikt voor stoomketels in de industrie. We maken een zure olie, het kan daarom nog niet direct worden toegepast in de automotive-industrie. Een benzine- of dieselmotor zal er niet lang op draaien, daarvoor is een upgrade van de olie nodig.' Venendaal vult aan: `Fundamenteel zou dat over vijf tot tien jaar kunnen, maar je moet het dan wel op heel grote schaal doen. Daarvoor heb je tientallen, zo niet honderden fabrieken nodig.'

Met de hoge olieprijs heeft BTG de tijd mee. `We denken dat we met pyrolyse-olie aan het begin van een onstuimige groeiperiode van ons bedrijf staan. Nu kost olie zo'n honderd dollar per vat. Wij voorspellen dat onze pyrolyse-olie interessant is vanaf een prijs tussen de tachtig en negentig dollar', zegt Muggen. Maar bedrijven zullen ook uit strategische overwegingen overgaan op bio-olie, meent de BioLiquids-directeur. `Ondernemingen willen niet meer afhankelijk zijn van Russische gasvoorraden. Daarnaast stappen meer en meer bedrijven over op duurzame bronnen. Eigenlijk beseft men nu pas echt dat aardgas en -olie een keer opraken.'

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.