![]() |
Derek Jan Fikkers promoveert vrijdag 17 oktober. |
Een van de belangrijkste voorwaarden voor een goed beleid om hoogopgeleiden te trekken, noemt Fikkers het probleembesef in de regio. `Beleidsbepalers moeten zich ervan bewust zijn dat een gebrek aan hoogopgeleiden slecht is voor de regio.' Dat lijkt evident, maar niet elk gebied beseft dat. Fikkers beschrijft in zijn proefschrift Geruisloos beleid: regio's in West-Europa en hun zoektocht naar hoger opgeleiden de perifere regio's Twente, Kaiserslautern en twee kantons in centraal Zwitserland.
`Vooral in Kaiserslautern leek het of mensen erin berusten dat ze tot het einde der tijden perifeer zouden blijven', vertelt Fikkers. `Dat was heel fascinerend, het leek daar cultureel bepaald. De mensen hebben lang in een oorlogsfront gewoond. Juist als ze iets hadden opgebouwd, vielen de Fransen daar binnen. Of de Pruisen. Daardoor ontbreekt de ambitie om opnieuw beleid op te zetten om de regio te versterken.'
`In Twente zie je juist het tegenovergestelde,' vertelt de promovendus die de regio zelf overigens heeft verlaten. Hij werkt sinds een paar maanden als onderzoeker bij Price Waterhouse Coopers in Den Haag. `Er heerst in Twente een gezonde ambitie om een kennisintensieve regio te worden en gebieden als de Randstad naar de kroon te steken. De UT, het Kennispark, de spin-offs en de gemeente lanceren allemaal initiatieven om hoogopgeleiden deze kant op te lokken.'
Een belangrijke reden waarom hoogopgeleiden dan toch wegblijven, is het imago. Fikkers geeft als voorbeeld het Career Centre Twente. Twentse bedrijven en de UT werken hierin samen om Twentse banen te promoten in het westen van het land. Met radiospotjes hopen ze dat hoogopgeleiden van buiten afkomen op Twentse vacatures. `Dat is redelijk succesvol', zegt Fikkers. `Maar als er op zo'n spotje, een reclame van de VVV Twente volgt waarin een beeld wordt neergezet hoe fijn het toeven is voor 60+'ers in de regio, dan houd je een imagoprobleem.'
Om structureel meer hoogopgeleiden naar de regio te trekken, is er volgens Fikkers maar één echte oplossing. `Je moet werkgelegenheid hebben. Er moeten een of meerdere grote bedrijven zich in Twente vestigen. De UT is een grote werkgever en het Medisch Spectrum Twente zorgt voor veel banen, maar verder zitten in de regio niet echt grote bedrijven. Thales is zo groot niet meer en Vredestein en Grolsch zijn wel grote bedrijven, maar alleen in de Twentse context. Vergeleken met bedrijven in het westen van het land, werken daar niet veel mensen.'
`Er moet dus een groot bedrijf worden aangetrokken. Met Ericsson is dat destijds gelukt, maar die is al weer vertrokken. Een groot bedrijf levert werkgelegenheid en is goed voor de uitstraling van het gebied. Het trekt andere bedrijven en het levert nieuwe spin-offs op. Ik kan me wel voorstellen dat als je werktuigbouwkunde studeert op de UT, je na je studie weggaat. Jonge afgestudeerden willen toch vaak voor grote namen als Shell werken.'
`Ook kan er meer gedaan worden met start-ups en spin-offs', meent Fikkers. `Daar is Twente erg actief in, maar vaak blijven het kleine bedrijfjes met zeven à acht werknemers, terwijl de start-ups uit Delft er om bekend staan snelle groeiers te zijn. De meest succesvolle Twentse start-ups verhuizen vaak naar het westen, want daar zitten hun klanten. Zo kom je weer terug bij het complexe probleem dat er meer grote bedrijven naar de regio moeten worden gehaald.'
`Gechargeerd gezegd gaat in Twente alles slechter dan in de rest van het land: de werkloosheid, de opleidingsgraad, de inkomens. Dit klinkt negatief, zo bedoel ik het niet', haast Fikkers zich te verontschuldigen. `Twente staat voor een hele grote opgave en daar is vooral veel doorzettingsvermogen voor nodig. De enige manier om daar iets aan te doen, zijn toch initiatieven als Career Centre Twente en Kennispark. Ik zie het wel goed komen, de bedrijven en de hoogopgeleiden zullen Twente vinden. Maar het is wel een zaak van de lange adem.'