![]() |
Teun Lucassen (links) en Malte Risto bij de eyetracker die Risto gebruikte voor zijn afstudeeronderzoek. (Foto: Arjan Reef) |
Risto liet eerstejaars studenten op een computer, uitgerust met twee camera's die de oogbewegingen volgen, Wikipedia-artikelen zien met de opdracht om die ofwel gewoon te lezen of te beoordelen op betrouwbaarheid. `Opmerkelijk genoeg vond ik geen verschil in de manier hoe mensen zo'n artikel benaderen.'
Door met deze eyetracker ook fixaties (het langere tijd de ogen richten op een bepaald punt) te meten, verkreeg Risto nog een paar opvallende resultaten. Zo was uit eerder onderzoek gebleken dat Wikipedia-gebruikers de betrouwbaarheid beoordelen aan de hand van de referenties, de volledigheid en de omvang van de tekst en de aanwezigheid van afbeeldingen. Risto: `Maar als je mijn fixaties ziet, staan de ogen lang stil bij de introductie, maar nauwelijks bij de plaatjes en referenties. Mensen zeggen dus dat ze die dingen belangrijk vinden, maar ze kijken er nauwelijks naar. Ook niet als ze een betrouwbaarheidsanalyse moeten uitvoeren.'
Uit het afstudeeronderzoek van Risto bleek bovendien dat proefpersonen de artikelen als (erg) geloofwaardig beoordeelden. De kwalitatief mindere artikelen scoorden 4,8 op een zevenpuntsschaal; de goede artikelen 5,8. `Wikipedia is eigenlijk te goed, dat is een van de problemen in dit onderzoek', zegt Risto's begeleider Teun Lucassen. Hij onderzoekt hoeveel vertrouwen gebruikers in het medium Wikipedia hebben en hoe ze beoordelen of een artikel betrouwbaar is
De promovendus noemt dit de Wikipedia-paradox. `Aan de ene kant weten we dat de kwaliteit van Wikipedia-artikelen erg hoog ligt. Uit onderzoek blijkt dat het vergelijkbaar is met de hoog aangeslagen Britannica-encyclopedie. Maar doordat het een open systeem is, zijn we ons er ook van bewust dat er wel eens iets fout kan zijn', aldus Lucassen. `Als je de betrouwbaarheid van informatie onderzoekt, wil je weten waar die informatie vandaan komt. En dat is nou net datgene wat je bij Wikipedia niet weet.'
Lucassen wil een beeld scheppen van het concept `vertrouwen' en dat koppelen aan menselijk gedrag. Zowel uit Risto's onderzoek als uit eigen experimenten, blijkt dat mensen maar heel oppervlakkig bezig zijn met betrouwbaarheid. Op dit moment heeft hij een omvangrijk online experiment lopen waarin hij Wikipedia-pagina's aanbiedt die gemanipuleerd zijn. De proefpersonen moeten aangeven of ze de gepresenteerde informatie vertrouwen of niet. Sommige artikelen zijn subtiel aangepast, in andere staan opzichtige fouten. Lucassen: `Je zou zeggen dat die fouten opvallen, maar dat blijkt tegen te vallen. De voorlopige resultaten laten zien dat lang niet iedereen de manipulatie door heeft.'
Hoe erg het is dat mensen zich niet druk lijken te maken over de betrouwbaarheid van Wikipedia, laten Lucassen en Risto in het midden. `We hebben voor Wikipedia gekozen in dit onderzoek naar het beoordelen van vertrouwen, omdat vrijwel iedereen het gebruikt', aldus Lucassen. Risto besluit: `Het blijft vanuit academisch oogpunt natuurlijk wel opmerkelijk dat mensen zeggen referenties een belangrijke maatstaf voor betrouwbaarheid te vinden, terwijl ze er nauwelijks naar kijken.'