Niet de colleges van bestuur zelf, maar de minister bepaalt hoeveel de leden van die colleges verdienen. Dat heeft Ritzen meegedeeld aan de bestuurders van de Universiteit Utrecht. Die hebben de forse bonus die het zichzelf had toegekend daarom ongedaan gemaakt.
Het Utrechtse college van bestuur wil nu juridische adviseurs inschakelen om te laten onderzoeken hoe de bevoegdheden precies verdeeld zijn. Volgens de Utrechtse bestuurders is dat onduidelijk, omdat regels die begin jaren negentig waren aangekondigd nooit zijn opgesteld.
Ritzen betwist dat er sprake is van onduidelijkheid. Eind vorige week had hij het Utrechtse college om opheldering gevraagd, maar in Utrecht kon men hem er niet van overtuigen dat er grond was voor de salarisverhoging. 'De minister, en niemand anders, bepaalt de arbeidsvoorwaarden van de leden van
colleges van bestuur', zo verwoordt een woordvoerder de conclusie van Ritzen.
De Utrechtse bestuurders beriepen zich op regels over beloningsdifferentiatie. Die zijn bedoeld om 'uitstekend functionerende' ambtenaren aan het eind van hun salarisschaal iets extra's te bieden. Maar volgens Ritzen vallen collegeleden niet onder die regels.
De salarisverhoging was een maand geleden uitgelekt via het Utrechts Universiteitsblad. De Utrechtse bestuurders hadden zichzelf twintig tot 25 procent bovenop hun salaris gegeven, dat wil zeggen 36 duizend tot 45 duizend gulden per jaar. Gemiddeld verdienen collegeleden in Nederland 165 duizend gulden per jaar, zo bleek eind vorig jaar uit onderzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken. Uitschieters naar 280 duizend gulden komen echter ook voor.
In de nabije toekomst zal het overigens niet langer Ritzen zijn die de salarissen van colleges van bestuur bepaalt. Zodra de nieuwe wet op de bestuursstructuur, de MUB, van kracht wordt, komen er raden van toezicht tussen minister en colleges in te staan.
