Studenten meten zich met wereldtop

| Redactie

De UT was begin maart ruim vertegenwoordigd op de ACM'97 Expo in San José, Californië. Berichtten we vorige week over de 'beyond-state-of-the-art activiteiten van UT-medewerker Roel Vertegaal, die in Silicon Valley het prototype presenteerde van een door hem ontwikkeld 'ooggestuurd' vergader- en telewerksysteem voor Internet, ditmaal aandacht voor het UT-studententeam dat prima presteerde op de WK programmeren. Vijftig ploegen, de beste van de wereld, traden tegen elkaar in het krijtperk. Edwin Woudt (Informatica en Toegepaste Wiskunde), Johan de Geus (Werktuigbouwkunde) en Jaap Beetstra (Bedrijfsinformatietechnologie) legden beslag op een gedeelde zestiende plek, in het illustere gezelschap van de universiteiten van Stanford en Harvard.

Het drietal werd op zijn reis vergezeld door Eljakim Schrijver, afgestudeerd informaticus, en Oscar ter Meer, vierdejaars Informatica. Eljakim stond het drietal bij op wiskunde- en informaticagebied, Ter Meer fungeerde als chef d'équipe en doet tegenover dit blad veelal het woord. Jaap Beetstra (de anderen hebben studieverplichtingen) zit er wat ingetogen bij, knikt af en toe instemmend. Beetje dromerig en zeker niet onder de indruk van de imposante achtdaagse trip naar de States. 'Het was wel leuk.'

Van San José, toch een gerenommeerde stad waar 'het' gebeurt, althans op high techgebied, waren ze niet erg onder de indruk. 'Een wat groot uitgevallen Almere.' Beetje saai dus, maar het mocht de pret van het vijftal allerminst drukken. Integendeel, al moet gezegd dat San Francisco nog het meest tot de verbeelding sprak. Golden Gate, Alcatraz, Cable Car, China Town. Plus de vlucht vanaf LA met een piepklein vliegtuig dat nogal gevoelig bleek voor turbulentie.

Het vooraf vastgelegde hotel, midden in de stad, was een beetje een miskleun. Doordat het immense pand wegens een verbouwing in de steigers stond, schoot de service te kort en werden de gasten 's morgens om zeven uur gewekt door een drilboormachine. De financiering van de reis kwam tot stand door bijdragen van ACM zelf, de faculteiten Informatica en Werktuigbouwkunde, het Universiteitsfonds en de bedrijven CMG en Hollandse Signaal Apparaten.

Strafpunten

De Association for Computing Machinery (ACM dus) had de International Collegiate Programming Contest, kortweg de WK programmeren, georganiseerd in het kader van haar conferentie annex tentoonstellingsbeurs, eveneens in San José. De wedstrijd voltrok zich in een grote zaal, met per team één pc, die was aangesloten op de centrale computer van de jury. Een via het netwerk ingezonden oplossing werd aldus op afstand op zijn juistheid beoordeeld.

Bij een onjuiste inzending mochten de teams het nogmaals proberen, maar dat leverde wel strafpunten op. Het idee achter deze wedstrijd was dat met beperkte middelen (één pc per team) en met een duidelijke deadline (vijf uur voor acht opgaven) werkende programma's moesten worden afgeleverd. De inzet was om een programmeeropdracht als een wiskundig probleem te formuleren en op basis daarvan een pc-programma te schrijven. Beetstra: 'Geen grote programma's maar probleemgericht, efficiënt en snel. Het gebruik van literatuur was toegestaan, maar elektronische hulpmiddelen als laptops kwamen de zaal niet in. Het ging er niet om wat spelletjes in elkaar te prutsen. Nee, de opdrachten waren redelijk wetenschappelijk.' En in het Engels gesteld, waardoor de Amerikanen onmiskenbaar in het voordeel waren, vonden ze.

Algoritmen

De vragen omvatten 'hele lappen' tekst, in het Engels. Beetstra: 'Die moest je eerst met z'n drieën nauwkeurig doornemen en doorgronden. Op zichzelf is dat een heel sociaal gebeuren. Je bepaalt samen de strategie die je gaat volgen, wie wat doet, en wie er het eerst achter de pc gaat zitten.' Ter Meer: 'Het belangrijkste bij zo'n wedstrijd is dat je de algoritmen die je in je hoofd hebt, ook weet toe te passen.' Beetstra: 'Puur ontwerpen eigenlijk.' De deelnemers moesten het stellen zonder de raadgevingen van hun begeleiders, die op afstand mochten toekijken en de verrichtingen van hun pupillen op het scherm konden volgen. 'Af en toe gingen de duimen omhoog, ten teken dat de zaken voorspoedig liepen', vertelt Ter Meer.

Iedere goede oplossing, de UT-ers scoorden vier uit acht, leverde een ballon van een bepaalde kleur op, die aan hun pc werd bevestigd. Dat gaf de nodige fleur aan de gebeurtenis, die zich trouwens toch in een collegiale ambiance voltrok. 'De sfeer was leuk, de mensen gingen amicaal met elkaar om. Het is natuurlijk wel spannend, want het is een wedstrijd, maar je moet de betrekkelijkheid er ook van inzien. Het is leerzaam, goed voor je Engels en je contacten, en vooral leuk. De meesten dachten daar net zo over, al werden met name de Amerikanen door hun coaches redelijk tegen elkaar opgepept. Rivaliteit speelt bij hen nu eenmaal een grote rol. De Aziaten houden hun gezicht steevast in de plooi en geven nauwelijks blijk van hun emoties.'

Bescheiden

Beetstra bescheiden: 'Je hoeft alleen maar wiskundig inzicht en wat talent te hebben, plus het vermogen om te modelleren. Het gaat om de vertaalslag tussen Engels en de programmeertaal. Een eenvoudig uitziende opdracht kan soms heel gemeen zijn. Waarom we niet gewonnen hebben? Nou, ten eerste hadden we pech, ten tweede waren we niet goed genoeg en ten derde lagen de opgaven ons niet echt. We hadden niet steeds de juiste interpretatie van de Engelse tekst te pakken.'

Het WK omvatte twee dagen: een dag om te oefenen en de eigenlijke wedstrijd. Daaromheen was er genoeg ruimte om ook populaire spelletjes 'in elkaar te sleutelen'. Dat laatste aspect was meer weggelegd voor de echte nerds en zo zouden de Twentse studenten zich toch niet graag willen afficheren. 'Je zag die types wel rondlopen, hoor.' De winnaar van het WK, Harvey Mudd College, met zes uit acht, streek twaalfduizend dollar op, nummer twee, de University of Washington, toucheerde zesduizend dollar, nummer drie, de University of Queensland, drieduizend dollar en de nummers vier tot en met tien vijftienhonderd dollar. Geen prijzengeld voor de Twentse deelnemers dus, wel diverse cd's en allerlei hebbedingetjes.

Miljoenen

Ter financiering van het wereldwijde evenement had softwarefabrikant Microsoft enkele miljoenen in het project gestoken. De deelnemers werden op hun wenken bediend. Vooral de borrel na afloop viel prima in de smaak en werd aangegrepen contacten te leggen met collega-studenten. Ter Meer: 'Ik vermoed dat Microsoft op die manier wat wilde doen aan haar imago. Ze staat te boek als de alleenheerser op haar gebied en dat wordt niet overal in de wereld sympathiek gevonden. Het zal ook wel geen toeval zijn geweest dat drie van de vier recruiters vrouw waren en nog mooi ook. Gelukkig droop de commercie er niet vanaf, al is de mega-jovialiteit van de Amerikanen wat misleidend.'

De Twentse studenten kregen geen recruiter op bezoek, maar wat niet is kan nog komen. Beetstra denkt er over ná zijn studie een wereldreis te maken en daarbij in Amerika aan te kloppen bij een gigant als Microsoft. 'Maar het kan ook zijn dat ik een eigen bedrijfje opricht.' Ter Meer wil wel door in de research endaarna een leidinggevende functie, 'op projectbasis'.

Jong

Beetstra herinnert zich dat hij al op jonge leeftijd voor het eerst op de pc van pa, 'een beetje programmaatjes' begon te schrijven. 'Ik denk dat ik een jaar of twaalf was.' Zijn vader, natuurkundige bij Philips, bracht hem de eerste beginselen van Pascal bij. 'Ik begon boeken te gebruiken en leerde op die manier het ingewikkelder werk. Voor zo'n WK hoef je eigenlijk niet zoveel van een computer af te weten. Je moet alleen je programmeertalen kennen.' In dit geval waren dat QuickPascal en Visual C++. 'Wat je daar moest laten zien, leer je echt niet tijdens je studie. Je moet het jezelf leren.'

Beetstra, Woudt en De Geus, allen gymnasiasten, kennen elkaar van vorige programmeerwedstrijden, waar ze steeds in de prijzen vielen. Ze deden allen mee aan verschillende (jaarlijkse) Informatica Olympiades voor scholieren en presteerden daar zeer goed. Het UT-team dat in San José uitkwam werd eind vorig jaar eerste bij de Europese Kampioenschappen in Delft, nadat het zich daarvoor op de NK had gekwalificeerd. Die wedstrijd vond vorig jaar plaats in Enschede. Ter Meer: 'Dit is 'n hele goeie ploeg die door verrichtingen in het verleden, goed op elkaar is ingespeeld. Er zouden wat mij betreft best andere UT-studenten mogen meedoen, maar die moeten zich dan wel eerst kwalificeren.

Voorlopig gaan de studenten weer over tot de orde van de dag. Studeren dus. Ze hopen wel volgend jaar weer van de partij te zijn. De komende maanden gaat Beetstra zich bezighouden met de organisatie van de buitenlandreis van studievereniging Inter-Actief, een prestigieuze activiteit, die na een langdurige onderbreking, weer stevig op de rails gezet moet worden.

Stay tuned

Sign up for our weekly newsletter.