Niet alleen de minister is nieuw, ook bijna al zijn tegenspelers in het parlement, de fractiewoordvoerders op het gebied van hoger onderwijs. Samen gaan ze uitvechten of en hoe het regeerakkoord uitgevoerd wordt.
Ursie Lambrechts, D66
'De kernvraag is: waarom hoeven basis- en voortgezet onderwijs niet te bezuinigen, en hoger onderwijs wel?' Ursie Lambrechts `doet' de komende jaren namens D66 hoger onderwijs en valt meteen maar met de deur in huis. 'Niet omdat we het hoger onderwijs onbelangrijk vinden, dat is een geheel verkeerd beeld. Maar we zijn begonnen waar de nood het hoogst is.'
Dat is niet in het hoger onderwijs, vindt regeringspartij D66. 'En daar komt nog bij: het hoger onderwijs kan nog op andere manieren geld binnen halen, door opdrachten van het bedrijfsleven', zegt Lambrechts. 'Het basis- en voortgezet onderwijs kunnen dat niet.'
Tegelijkertijd laten de voorspellingen dat er een tekort aan hoger opgeleiden dreigt Lambrechts niet onberoerd. 'Jarenlang waarde het beeld rond dat we te veel hoger opgeleiden kregen. Dat klopt dus niet.' Maar de D66'ster voegt er meteen aan toe: 'Dat betekent niet dat er extra geld naar het hoger onderwijs moet. Ik zie ook aan universiteiten en hogescholen de trend
dat er steeds meer ondersteunend en steeds minder onderwijzend personeel komt. Daar is winst te halen. Kwaliteit is niet altijd een kwestie van extra geld.'
Kwaliteit, en niet geld, moet de komende tijd de voornaamste zorg van universiteiten en hogescholen zijn, vindt Lambrechts. 'En dan vooral het zichtbaar maken van kwaliteit. Hogescholen en universiteiten laten de kwaliteit van hun onderwijs nu onderzoeken door visitaties, maar dat gebeurt nog te vaak zonder eenduidige maatstaven.'
Mariëtte Hamer, PvdAMariette Hamer is nieuw in de Kamer, maar niet in het hoger onderwijs. Ze komt van de directie hbo van het ministerie van Onderwijs en ooit, in 1982, was ze de eerste voorzitter van studentenbond LSVb. 'Zeker, ik heb nog steeds affiniteit met die club.'
Krijgt zij als Kamerlid meer invloed dan als ambtenaar? 'Een ander soort macht, denk ik. De macht van ambtenaren wordt erg onderschat. Ik heb soms direct voor Ritzen gewerkt, en dan heb je erg veel invloed. Maar anderzijds heb ik gemerkt dat een politicus - zoals een minister - zich veel gelegen laat liggen aan de mening van de Kamer.'
Hamer maakt er geen geheim van dat ze niet enthousiast is over de kortingen die het regeerakkoord voor het hoger onderwijs met zich meebrengt. 'De PvdA-fractie heeft nog geprobeerd te zorgen dat het hbo niet aan de algemene bezuinigingen hoefde mee te betalen. Maar het zat er gewoon niet in.'
In Den Haag bestaat nog steeds het beeld dat `het wel meevalt' in het hoger onderwijs, zegt Hamer. 'Maar met name in het hbo is de situatie nu zeer zorgelijk. De voorrang voor basis- en voortgezet onderwijs is logisch, maar de vraag is: hoe zorg je dat kinderen ook door kunnen. Allochtonen bijvoorbeeld stromen wel als vanzelfsprekend door naar het mbo, maar niet
naar het hbo. Dat moet anders, en dat kost geld.'
Hermans moet het regeerakkoord uitvoeren, geeft Hamer toe. 'En wij ook, wehebben tenslotte onze handtekening gezet. Maar als zich nijpende problemen voordoen, moet je daar toch naar kijken.' Onoplosbare conflicten in de coalitie ziet Hamer daarover niet ontstaan: zij verwacht dat ook andere partijen zullen inzien dat het hoger onderwijs krap zit. 'Iedereen is
bezig die slag te maken.'
Mohammed Rabbae, GroenLinks'Hoger onderwijs is niet erg belangrijk voor de politiek', zegt Mohammed Rabbae. Hij is net begonnen aan zijn tweede periode als Kamerlid en zal ook de komende jaren namens GroenLinks het hoger onderwijs voor zijn rekening nemen. 'Er zijn nog steeds mensen, ook in deze coalitie, die vinden
dat er genoeg hoog opgeleiden zijn en dat het hoger onderwijs wel wat minder toegankelijk kan. Studenten ziet men vooral als mensen die in de toekomst veel gaan verdienen en nu investeren in hun eigen rendement.'
Studenten hebben niet alleen rendement voor zichzelf, stelt Rabbae daarentegen, maar ook voor de samenleving. En geld uittrekken voor onderwijs is geen slechte investering, zeker niet nu de economie aantrekt. 'Je schiet in je eigen voet als je bezuinigt op hoger onderwijs.' In elk geval de bezuiniging op de hogescholen moet van de baan.
Of daarover zaken zijn te doen met de coalitie durft Rabbae niet te voorspellen. 'Ik denk dat de manoeuvreerruimte voor de oppositie groter wordt. Het regeerakkoord laat weinig ruimte voor conflicten, maar toch is het touwtrekken al begonnen. D66 timmert aan de weg omdat er anders niets van ze overblijft, de VVD heeft een traditie hoog te houden en de PvdA voelt de hete adem van GroenLinks in de nek. Maar of de coalitie hoger onderwijs belangrijk genoeg vindt om conflicten erover hoog op te spelen? Ik ben bang van niet.'
Als het over studiefinanciering gaat, verwacht Rabbae meer. Hermans pleitte immers, vóór hij minister werd, voor een nieuw stelsel. Het regeerakkoord biedt daar echter weinig voor. 'Maar als Hermans geloofwaardig wil blijven, kan hij niet op de automatische piloot het regeerakkoord uitvoeren.'
Wim van de Camp, CDA'Klassen van 32 kinderen, daar praat je op verjaardagsfeestjes nu eenmaal makkelijker over dan over fundamenteel onderzoek met deeltjesversnellers.' Wim van de Camp, al twaalf jaar CDA- Kamerlid en sinds kort hoger-onderwijswoordvoerder, begrijpt wel dat basisonderwijs beter `ligt' in de politiek dan hoger onderwijs. Maar hij begint zich zorgen te maken.
'De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het verkiezingsprogramma van het CDA ook niet gul was voor het hoger onderwijs', zegt Van de Camp. 'Maar de bezuinigingsbedragen waar het nu om gaat -ik denk niet dat dat kan. Intussen voorspelt de HBO-raad een tekort van 200.000 hoger opgeleiden. Dat is bijna niet te geloven, maar als het waar is, is het een ramp.'
Van de Camp wil nog niet zeggen dat de universiteiten er beter voor staan dan het hbo, maar, zegt hij heel voorzichtig, 'misschien is de verdeling binnen het hoger onderwijs wel scheef gegroeid. In het hbo stijgen de studentenaantallen al jaren. Dat loopt keihard vast.'
Dat Van de Camp nu oppositie moet voeren tegen een VVD'er in plaats van een sociaal-democraat maakt hem weinig uit. 'De politieke kleur van de minister vervaagt zodra hij zijn eerste begroting heeft opgesteld', voorspelt hij. 'Daarna wordt hij vooral een belangenbehartiger van zijn departement.'
In dat opzicht heeft Hermans de wind mee. Van de Camp: 'Het zou mij nietverbazen als het hoger onderwijs er in 2002 heel anders voorstaat, ook als de economie gaat krimpen. Nederland moet het toch van zijn kennis hebben.' Dat wordt nu ook alom gezegd, maar toch moet het hoger onderwijs inleveren, erkent de CDA'er. 'Maar dat kan veranderen. Vier jaar geleden had ook niemand het over kleinere klassen.'
Bibi de Vries, VVDRust. Als het aan de nieuwe VVD-woordvoerster Bibi de Vries ligt, is dat wat universiteiten en hogescholen de komende jaren te verwachten hebben. Het hoger onderwijs zal niet opnieuw op de schop genomen worden. 'Als Hermans in staat is rust te brengen, zou dat al een grote verdienste zijn.'
Intussen moet het hoger onderwijs wel een paar honderd miljoen bezuinigen. Maar, zegt de VVD'ster, 'dat zijn geen waanzinnige bedragen, het gaat om niet meer dan twee procent van het budget. Met de kwaliteit van het hoger onderwijs is niets mis, hoezeer universiteiten en hogescholen ook klagen. Er is geen reden al te dramatisch te doen.'
Ook op het gebied van de studiefinanciering voorziet De Vries geen dramatiek. Dat Hermans vorig najaar nog pleitte voor de afschaffing van de prestatiebeurs, zegt haar niet zoveel. 'Hij heeft nu een andere verantwoordelijkheid', merkt ze droogjes op. 'Volgens het regeerakkoord zal er niet veel veranderen.' Regeerakkoord is regeerakkoord, voegt zij er nog aan toe, en dat geldt ook voor partijgenoten.
Partijpolitieke sentimenten roept het hoger onderwijs trouwens sowieso niet op, denkt De Vries. Het regeerakkoord bevat maar één echt VVD-punt: via experimenten moet onderzocht worden of er alternatieven zijn voor het loten bij studentenstops. Voorlopig houdt De Vries haar kruit droog: eerst moet de minister maar met voorstellen komen. 'Maar het is duidelijk: het liefst zien wij de loting verdwijnen. In plaats daarvan moet er selectie komen. Hoe? Dat moeten de universiteiten en hogescholen zelf bepalen.'