Het is leuk om Peter Daalmans (48) te horen uitleggen hoe hij de baas van de universiteitsbibliotheek is geworden. 'Waarnemend bibliothecaris', haast hij te zeggen - 'waarnemend, schrijf je dat wel op?' In heel zijn doen en laten is Daalmans - chemicus van huis uit - bescheiden.
Na acht jaar scheikundeleraar te zijn geweest, reageerde hij begin jaren tachtig op de vacature vakreferent/afdelingshoofd van de chemische bibliotheek van de Technische Hogeschool Twente. Dat werd hij. Na vijftien jaar maakte men hem bovendien waarnemend bibliothecaris van de hele Universiteitsbibliotheek.
'Normaal gesproken een functie voor in het geval dat, maar ik was net aangesteld en hup: de bibliothecaris hield ermee op. Van het ene op het andere moment moest ik de UB daadwerkelijk leiden. Het eerste wat ik toen heb gedaan, is een opvolger aanwijzen in de chemische bibliotheek.'
Sinds anderhalf jaar heeft Daalmans de touwtjes in handen. Ruim veertig medewerkers stuurt hij aan, hij draagt zorg voor het uitvoeren van het beleid en onderhoudt de binnen- en buitenlandse contacten. Tijd om zich zorgen te maken over de toekomst heeft hij nauwelijks, hoewel er genoeg puntjes zijn.
Eén daarvan is de exorbitante prijsstijging van de wetenschappelijke tijdschriften. 'Tijdschriften zijn de slagader van de stand van het onderzoek', zegt hij, 'als UB moet je alles aanschaffen. Uitgevers weten dat dondersgoed. De laatste jaren zijn sommige bladen 25 procent duurder geworden, terwijl ons budget onvoldoende is meegegroeid.
En ik vrees', zegt Daalmans, 'dat zolang wetenschappers het publiceren ansich belangrijker vinden dan de toegankelijkheid van hun artikelen, dit probleem alleen maar groter zal worden.'