Het effect van schaaktrainingen in de wedstrijdpraktijk valt vaak bitter tegen. Volgens TO-afstudeerder Arjeh Willemze vergeten trainers dat schakers alle onderdelen van het spel moeten beheersen, en dat ze deze op elkaar moeten kunnen betrekken.
Volgens Willemze heeft het weinig zin om een hele training lang alleen maar het spelen van een dubbele aanval te oefenen. Eenmaal achter het wedstrijdbord weet de pupil meestal niet waar deze kijken moet. Hij of zij is veel te druk met allerlei inspanningen die niets te maken hebben met het vinden van het juiste aanvalsplan, zoals het in stelling brengen - of pareren - van dreigende combinatiepatronen. Hierdoor komt er weinig terecht van een goede planoriëntatie als basis voor een flitsende, gestroomlijnde overwinning.
Amateurtrainers laten zich te gemakkelijk verleiden tot het oefenen van alleen patronen. Professionals doen het duidelijk beter. Zij trainen alle componenten van het spel maar laten volgens Willemze op hun beurt veel mogelijkheden onbenut.
Door systematisch en veel te oefenen, kan de schaker denkpatronen inderdaad voor een groot deel automatisch laten verlopen. Voor het uitvoeren van combinaties zijn vrij eenvoudig algoritmen te bedenken die de schaker kan opvolgen. Naast patroonherkenning is echter ook de oriëntatie belangrijk voor een sterke schaker. Het lastige is dat dit onderdeel zich niet laat automatiseren. Toch is de schaker hieraan een flink deel van zijn bedenktijd kwijt. Vage vragen kunnen de schaker lange tijd kwellen: Waar draait het in deze stelling om? Hoe kan ik mijn stukken activeren? Sta ik eigenlijk wel beter?
Visualisatie
Naast patroonherkenning en oriëntatie onderkent Arjeh Willemze nog een derde component, namelijk die van de visualisatie. Arjeh: 'Wanneer je de kunst beheerst om een stelling gemakkelijk voor je geestesoog te toveren, dan komt er meer ruimte vrij voor de andere onderdelen van het spel.' Goede trainers zijn volgens Willemze op zoek naar de raakvlakken tussen de drie genoemde componenten van het schaakspel. Kennis op het ene gebied maakt ruimte vrij voor het andere en geeft mogelijkheden dat te verbeteren, een goed voorbeeld van kennistransfer. Wanneer de progressie van de drie onderdelen niet hand in hand verloopt, is het netto resultaat meestal bedroevend.
Eén van de doelen van Arjeh's afstudeerscriptie was om een lijst van 'transferbevorderende' maatregelen op te stellen waarmee de onderdelen patroonherkenning, planoriëntatie en visualisatie systematisch getraind kunnen worden. Het is een flinke opsomming geworden die voorlopig nog geen einde kent. Een transferbevorderende oefening is bijvoorbeeld om vanaf een stand op het bord in gedachten drie zetten vooruit te denken (visualisatie). In de imaginaire stand moet de pupil zich orinteren en bijvoorbeeld 'kijken' of hij aanvalskansen heeft. Ook kan de pupil proberen om tijdens de variant 'toevallige', want specifieke, combinatiepatronen op tesporen.
Willemze: 'In de training komen diverse componenten te weinig aan bod. De trainers weten de oefenstof niet in een kader te plaatsen, en trainen bijna niet op kennistranfer van het ene gebied naar het andere. Hierin schieten ook veel professionele trainers nog vaak te kort. En dat is jammer want juist hiervan valt het meeste te leren.'
Fruitvliegje
Hoewel schaken binnen de vakgroep Instructietechnologie geen apart studie-ontwerp is, paste de opdracht van Arjeh goed. In Renate Limbach van TO vond Arjeh bovendien een bekwame begeleidster. In 1990 werd zij, op 18-jarige leeftijd, dameskampioene van Nederland. Het opleiden van talentvolle jeugd en het ontwikkelen van schaakcursussen hebben bij Limbach het fanatieke spelen inmiddels wat naar de achtergrond verdreven. Wel schaakt zij nog in twee Duitse competities, waaronder de Frauen Bundesliga.
Limbach: 'Schaken heeft van oudsher een belangrijke rol gespeeld in de cognitieve psychologie. In deze wetenschapstak wordt het behandeld als een fruitvliegje in de biologie.' Schaken is een ideaal studie-object om meer inzicht te krijgen in processen als probleem oplossen. Ook het kennisverschil tussen expert en beginner is met schaken goed te bestuderen.
Nieuwe rol
Hoewel harde bewijzen ontbreken wordt de mening dat schaken de ontwikkeling van analytische vaardigheden bevordert, breed aangehangen. In Amerika zijn er zelfs technische universiteiten waar schaaktrainingen worden gegeven. Dit als basiskennis voor het lezen van artikelen over Artificial Intelligence, waar het edele denkspel vaak als voorbeeld figureert. In Nederland worden schaaklessen meestal gegeven als naschoolse activiteit, of aangeboden aan hoogbegaafde kinderen om zich in uit te leven. Limbach: 'In de huidige vernieuwing van het onderwijs lijkt een nieuwe rol weggelegd voor denksporten. Met name op een technische universiteit kan schaken een veel belangrijker rol spelen. Niet alleen zijn veel denksporters, zowel mannen als vrouwen, potentiële studenten maar ook is het als studie-object interessant binnen veel vakgebieden op deze universiteit.'
Autoriteit
TO-afstudeerder Willemze is zelf ook schaker. Hij speelt in het eerste team van Max Euwe. De club uit Enschede, vernoemd naar de enige Nederlandse wereldkampioen, promoveerde dit jaar uit de provinciale naar de nationale clubcompetitie. Samen met Cor van Wijgerden formuleerde Willemze zijn afstudeervoorstel. Van Wijgerden geldt als absolute autoriteit onder de Nederlandse schaakdidacten. Hij ontwikkelde de stappenmethode die de KNSB in diens schaakonderwijs inmiddels volop gebruikt. Zelf is Van Wijgerden internationaal meester, en hij is ondermeer trainer van de jonge Eric van den Doel die onlangs grootmeester werd.
Willemze: 'Het zou leuk zijn als mijn scriptie in boekvorm verscheen. Er staan zeker waardevolle dingen in. Maar dan moet ik wel eerst een uitgever vinden, want voor niets doe ik het niet.'
Egbert van Hattem
Arjeh Willemze
![]()