UT-medewerkers hebben allerlei rechten op vakantie. Inez de Jong, jurisch medewerker bij P&O: 'Zeker in vergelijking met het bedrijfsleven hebben de UT-ers het redelijk goed.'
Hebben UT-ers de laatste jaren meer of juist minder vakantie gekregen?
'Het recht op vakantiedagen is de laatste jaren niet toegenomen. Wel zijn er ADV-dagen bijgekomen. Die spaar je al werkend op. Per 1 augustus gaan we zelfs van een 38- naar een 36-urige werkweek. Deze variant brengt in de aanloop wel met zich mee dat we efficiënter moeten werken. De vrije uren zullen naar verwachting, zeker bij dergelijke kleine hoeveelheden, niet direct opgevuld worden.
'Wel is de laatste jaren het aantal opgenomen vakantiedagen toegenomen. Dat komt door een nieuwe regeling. Een werknemer kan niet méér dagen meenemen naar het volgende werkjaar dan het totale aantal vrije dagen dat die werknemer per jaar krijgt. Dit om stuwmeren te voorkomen. De werknemers zijn hier duidelijk alerter op geworden.'
Heeft de UT-er het qua vakantiedagen goed getroffen?
'We hebben het beter dan in het bedrijfsleven. Daar ligt het gemiddelde aantal vrije dagen op 20 à 21 per jaar; hier is dat gemiddeld 25, toch een kleine week meer. In vergelijking met andere overheden maakt het niet zoveel uit.
'Wel kennen we op de universiteit de luxe van het educatieve verlof. Eenmaal per vijf jaar kan een werknemer, op kosten van de UT, drie maanden lang activiteiten ontplooien om zich te bezinnen op de functie, de kijk erop te verfrissen, of zonodig een andere weg in te slaan. Deze activiteiten kunnen zeer divers zijn: van onderzoek doen op een andere universiteit, tot het in die tijd opstarten van een eigen bedrijf. De criteria zijn redelijk soepel al wordt een strandvakantie, hoe verfrissend ook, niet gehonoreerd.'
En naarmate je ouder wordt ...
'Dan komen er inderdaad vrije dagen bij: een dag bij 45, weer een bij 50, een bij 55 enzovoorts.
'Verder zijn er heel veel seniorenregelingen voor vervroegd pensioen. Voor sommige moet je zelf sparen, voor andere juist niet. Deze regelingen zijn afhankelijk van het aantal dienstjaren bij het Algemeen Burgerlijk Pensionfonds. P&O rekent dit soort dingen uit.
'Iedereen mag met pensioen wanneer hij of zij 65 is. Doorwerken is geen recht, maar de werkgever hoeft bij deze leeftijd geen ontslag te verlenen. Behalve door enkele hoogleraren wordt hiervan hoogst zelden gebruik gemaakt.'
