zeker twee miljard gulden.
De verenigingen van universiteiten (VSNU) en hogescholen (HBO-Raad) en de twee studentenbonden LSVb en ISO willen met hun verklaring voorkomen dat zij tijdens of na de formatie van het nieuwe kabinet tegenover elkaar komen te staan. Dat gebeurde vier jaar geleden wel. Toen vochten studenten tegen ingrepen in de studiefinanciering en instellingen tegen bezuinigingen
op het onderwijs zelf.
Een student krijgt vijf jaar recht op beurs, zeggen de vier in hun verklaring, maar mag het verzilveren van dat recht over tien jaar uitsmeren. Oud-studenten lossen hun studieschuld af door vijftien jaar lang een percentage in te leveren van hun inkomen. De OV-kaart moet blijven zoals die nu is, met een keus tussen week- en weekendkaart. De vier willen dat studenten meer te besteden krijgen dan nu. Volgens de studentenbonden moet de basisbeurs daarom verhoogd worden. VSNU en HBO-Raad vinden daarentegen dat ouders meer moeten bijdragen. Studentenbonden, universiteiten en hogescholen vinden ook dat er een vervolg moet komen op het programma voor `kwaliteit en studeerbaarheid'. Minister Ritzen heeft daarvoor de afgelopen vier jaar 500 miljoen gulden uitgetrokken. Maar dat geld is nu zo goed als op.